erfgoedobject

Parochiekerk Sint-Barbara

bouwkundig element
ID
50564
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/50564

Juridische gevolgen

Beschrijving

Historiek

Recente studies over de bouwgeschiedenis van de kerk naar aanleiding van de restauratie schetsen het ontstaan van de parochie midden 9de eeuw binnen de Fiscus Madlingem of het grafelijk domein, met de schenking van het patronaat door Lodewijk de Vrome aan de bisschop van Doornik. In 1027 werden de inkomsten door bisschop Harduin geschonken aan de graven van Vlaanderen. In 1063 schenkt Boudewijn van Rijsel op zijn beurt het patronaat aan het door hem gestichte kapittel van Harelbeke. Vermoedelijk werd een eerste stenen kerkgebouw met basilicale aanleg en een kruisingstoren opgetrokken in de 11de eeuw. Kroniekschrijvers vermelden het bouwen of herbouwen van een aantal Sint-Pieterskerken waaronder die van Maldegem door Robrecht De Fries na zijn overwinning te Kassel in 1071. Materiële getuigen hiervan zijn tot op heden echter nog niet teruggevonden.

De vroegste teruggevonden vermelding van een pastoor dateert van 1186. Het oudste deel van de huidige kerk, namelijk de vierkante basis van de kruisingstoren klimt op tot het midden van de 13de eeuw en is volgens de kroniekschrijvers het enige deel van het basilicale kruiskerkje dat de vernielingen door de Fransen in 1300 overleefde. Naar stijl en materialen en vergelijking met andere 13de-eeuwse torenconstructies zoals in Damme, Lissewege en Sint-Anna ter Muiden bij Sluis, is de toren tot de baksteengotiek van de Vlaamse kuststreek te rekenen. Het huidige hoogkoor met vijfzijdige sluiting zou teruggaan tot het einde van de 14de of het begin van de 15de eeuw. Eind 15de of begin 16de eeuw zou het zuidelijke koor vergroot worden tot het huidige Sint-Barbarakoor en is vermoedelijk de omvorming van basilicale kerk tot hallenkerk begonnen. De afbeelding op de kaart van het Brugse Vrije door Pourbus, van 1571, geeft de toestand van de kerk weer juist voor de verwoestingen door de beeldenstormers in 1578-79 waarbij de beuken zwaar beschadigd werden. Rekeningen vermelden een eerste restauratiecampagne met werken aan de kruisbeuken en de Sint-Barbara- en Sint-Sebastiaanskapel in 1618-20. Volgens archiefdocumenten werd de achthoekige torengeleding gebouwd in 1639 door de Brugse aannemer Joris Aerts en betaald door inkomsten van een octrooi op bier en wijn dat het kerkbestuur hiervoor mochten innen vanwege het Brugse Vrije vanaf 1631. In 1640 werd het oostelijk deel van de kerk afgewerkt. Door gebrek aan middelen en weigering van het kapittel van Harelbeke, die als tiendheffers mee moesten betalen, bleef het westelijk deel als een ommuurde zaal in open lucht tot eind 18de eeuw ongebruikt. Op voorstel van de Raad van Vlaanderen mag de Wet van Maldegem uiteindelijk in 1776 een plan tot herstelling van de volledige kerk laten opmaken. Een eerste voorstel van Emanuel Van Speybrouck en Seijs uit Brugge werd afgewezen. De Gentse experts Louis 't Kindt en Jean-Baptist Simoens maakten een nieuw bouwfysisch verslag en tekenden de plannen voor de heropbouw van de beuken, die werden goedgekeurd op 31 juli 1777. Het bestek werd opgemaakt door architect Dregghe (F. Drieghe ?) uit Gent. Het metselwerk werd uitgevoerd door Van Canneyt en Hoestenburg uit Brugge. Deze werken omvatten het bewaren en iets hoger opmetselen van de buitenmuren, nieuwe Toscaanse zuilen en pilasters, scheibogen, steekboogvormige vensters, gestucte overwelving en nieuwe afzonderlijke bedaking. Nieuw doksaal naar plan van Sebastiaan Swijndam van Brugge, van 1779. Tussen 1778 en 1780 werden de overige koorvensters gelijkvormig gemaakt en kort na 1780 kregen ook de Sint-Barbara- en Sint-Sebastiaankapel gestucte gewelven. Kerkrekeningen van 1780-84 vermelden nog verbouwingen aan het Onze-Lieve-Vrouwekoor en het noordelijk transept, symmetrisch aan het zuidelijk koor en -transept. Ten slotte werd in 1839 het zogenaamde prinsenhuizeke, de loge van de heren van Maldegem, in de noordoostelijke oksel van het koor, vervangen door een sacristie met bovenverdieping. De zuidelijke sacristie werd berging en in 1852 verbreed (zie zandstenen plint) en onder lessenaarsdak geplaatst. In 1865 werd het venster in de westgevel van het schip dichtgemaakt in functie van het nieuwe orgel.

In de periode 1898-1905 werden door pastoor Van Loo tevergeefs pogingen ondernomen om de oude kerk te slopen en te vervangen door een nieuwe, ruimere neogotische kerk naar plannen van architect Henri Geirnaert uit Gent.

Herstelling na oorlogsschade van de Eerste Wereldoorlog onder meer van het houten spitstongewelf in het hoogkoor en herstellen van de gotische ramen met nieuwe glasramen onder leiding van H. Geirnaert in 1922.

Herschilderen van de kerk in 1927 in art-decostijl, uitgevoerd door Lodewijk Van Hoey, met uitzondering van de wanden in het hoogkoor, verdwenen bij herschildering in 1962 en 1988. Restauratie aan de toren in 1958-59 onder leiding van architect L. Cromheecke en ontpleisteren van de kruisingspijlers in 1960.

Grondige restauratiecampagne gestart begin jaren 1980 onder leiding van ingenieur architect E. Verstraete van het architectenbureau Aiko (Maldegem). Herstel portaal in 1994 (confer jaartal op nieuwe poort), vernieuwen daken, metselwerk, schrijnwerk en herstellen glasramen in 1999-2002.

Beschrijving

De huidige plattegrond ontvouwt een driebeukige hallenkerk met kruisingstoren, drie gelijke beuken van vier traveeën, transept met uitspringende armen met rechte sluiting, met driezijdig uitgebouwd traptorentje in de noordwestelijke hoek, koor van twee traveeën met apsis met vijfzijdige sluiting en zijkoren van elk twee traveeën met rechte sluiting, sacristie en verwarmingsstookplaats respectievelijk in de noordoostelijke en zuidoostelijke oksel.

Opgetrokken uit baksteen met verwerking van zandsteen voor de plint en steunberen van het hoogkoor, de dekstenen op de steunberen en de ribben van de achthoekige torengeleding. Afdekkende afzonderlijke leien zadeldaken.

Westgevel met drie gelijke verankerde puntgevels, afgewerkt met vlechtingen en gescheiden door zware versneden steunberen. Doorbreking met oorspronkelijk drie gelijke steekboogvensters, in de middenbeuk gedicht in 1865, thans voorzien van een rondboognis met nieuw Sint-Barbarabeeldje. Getoogde poort, op de makelaar gedateerd 1778-1995 (jaartallen van de oorspronkelijke en vernieuwde poort), met bewaarde oudere zandstenen rechtstanden.

Massieve kruisingstoren met twee boven de daken uitstekende geledingen: een vierkante geleding met dubbele steunberen op de hoeken en sporadische doorbreking met spitsboogluikjes en een achthoekige geleding met zandstenen hoeklisenen en halve piramides als overgang van vierkant naar achthoek. Doorbreking met vier vierkante galmgaten. Afdekkend leien tentdakje.

Zijgevels geritmeerd door getoogde vensters gescheiden door versneden steunberen en gedichte, verplaatste restanten van vroegere zijportalen in de tweede travee. Noordzijde met slechts drie vensters, portaalboog het hardstenen grafteken van Karel Domers, geplaatst in 1852-53, en in de noordwesthoek de traptoren met deurtje, verschillende schietgaten en rechthoekig venstertje in de boven de dakrand uitstekende geleding. Zuidzijde met korfboogportaal in geprofileerde zandstenen omlijsting, stilistisch te dateren eind 14de-15de eeuw, met in 1860-61 geplaatste grafsteen van Petrus Jacobus Wallyn. Links en rechts, ingemetselde grafstenen. Transeptarmen afgewerkt met puntgevel en doorbroken door een hoog spitsboogvenster, aan de noordzijde zonder plint of steunberen, aan de zuidzijde op een plint van veldsteen en begrensd door versneden steunberen. Tegen de westmuur, in 1847 aangebracht grafmonument van baron Philippe Pecsteen.

Zijkoren, aan de noordzijde met hoge spitsboogvensters, aan zuidzijde geritmeerd door steunberen met dubbele versnijding en spitsboogvensters met bakstenen tracering. Aansluitende sacristie van drie traveeën en twee bouwlagen onder lessenaarsdak in het noordoosten en stookplaats onder lessenaarsdak en poort in het zuidoosten. Erboven zichtbare bakstenen oostpuntgevel met talrijke sporen van verbouwingen en deels gedicht spitsboogvenster; bewaarde bakstenen rollagen en tracering in de top. Vijfzijdige koorsluiting op zandstenen plint, verlicht door hoge zandstenen spitsboogvensters met gotische tracering gescheiden door zware zandstenen, versneden steunberen.

Interieur

Contrastrijk interieur tussen het westelijke classicistische deel van een hallenkerk en de gotische kruising en het hoogkoor met neogotische aankleding. Heldere hallenkerk met drie gelijke beuken gescheiden door rondboogarcaden op Toscaanse zuilen op hoge achtzijdige sokkel en overwelfd met gedrukte gepleisterde kruisribgewelven, gescheiden door brede gordelbogen rustend op een omlopend architraaf en heden roodgeschilderde voluutconsoles, verbonden door ijzeren trekstangen. Verluchtingsroostertjes in de verschillende gewelfsegmenten. Gotische kruising met zware bakstenen kruisingspijlers met afgeronde binnenzijde die de vier hoge spitsbogen met bakstenen archivolten op hardstenen lijst dragen.Vrij donker hoogkoor door de neogotische aankleding met houten spitstongewelf, neogotische gebrandschilderde ramen en de eikenhouten lambriseringen. Bewaarde art-decomuurschilderingen op de zijwanden. Midden- van zijkoren gescheiden door spitsboogarcade op zuilen met laatgotisch koolbladkapiteel, overwelving met gepleisterde gewelven.

Mobilair

Schilderijen: "Dood en Verheerlijking van de Heilige Barbara", doek door R. E. Van Maldeghem, van 1860, op altaar van Sint-Barbara; "Dominicus Guzman ontvangt paternoster van Maria", circa 1746, doek op Onze-Lieve-Vrouwaltaar; "Onderricht van Maria door haar ouders Anna en Joachim", door C. Balliu, tweede helft 18de eeuw, doek op Sint-Anna-altaar, "Piëta", 18de eeuw (?), doek op Sint-Sebastiaanaltaar.

Beeldhouwwerk: 4 gepolychromeerde houten beelden op sokkel onder portiek op de kruisingspijlers, van 1873-74: Heilige Jozef met Jezuskind, Onbevlekt Hart Hart van Maria, Sint-Anna met Maria en Sint-Agnes (20ste eeuw), Sint-Joseph en Sint-Rochus, gepolychromeerd hout, 17de eeuw (?); neogotische beelden op sokkel: Onze-Lieve-Vrouw met Kind, Heilige Barbara uit het atelier Bressers, geplaatst in 1936, Sint-Antonius.

Meubilair: hoofdaltaar, tafel en tabernakel, geschilderd en gemarmerd hout, 1823; ervoor dienstaltaar met fragment van vroegere communiebank uit de kerk van Eeklo, in 1889 naar Maldegem overgebracht; noordelijke zijaltaar of Onze-Lieve-Vrouwaltaar, mogelijk vroeger hoofdaltaar, barok portiekaltaar in gepolychromeerd hout, eerste helft 18de eeuw (?) met tabernakel van 1742 door Jan Van Hecke (Brugge), zuidelijk zijaltaar of Sint-Barbara-altaar, barok portiekaltaar van 1662-64 (?), gepolychromeerd hout, Sint-Anna-altaar in noordtransept, barok portiekaltaar, in cartouche gedateerd "1653", volgens kerkrekeningen van Rijckaert Brouckman (Brugge), tot 1742 hoofdaltaar; Heilig Kruis- of Sint-Sebastiaanaltaar in zuidelijk transept, barok portiekaltaar, gepolychromeerd hout, circa 1650, mogelijk van Rijckaert Brouckman. Lambriseringen met koorbanken, door P.B. De Preter (Borgerhout) van 1859-61, gesculpteerde eik met voorstellingen uit het leven van Sint-Barbara en Maria, lambriseringen in het Sint-Annakoor en Sint-Barbarakoor, eveneens door P.B. De Preter van 1861-67, lambriseringen in zijbeuken, van 1961. Neogotisch communiebank, door Leonard Blanchaert (Maaltebrugge) van 1905, heden tussen doksaal en middenschip geplaatst, fragmenten van oude communiebank uit gesloopte Sint-Vincentiuskerk van Eeklo, in 1889 hier geplaatst. Preekstoel van 1787 in Lodewijk XVI-stijl door Johannes Vincke (Maldegem) naar ontwerp van Jacobus Van Hecke (Brugge) met onderaan een beeld "Allegorie van het Geloof". Biechtstoelen: twee eiken renaissancemeubelen gedateerd 1647 en 1653, laatstgenoemde volgens kerkrekeningen door Jacques Sauvage (Gent). Beschermd orgel door Louis Hooghuys (Brugge), van 1865, hersteld in 1920 door C. De Paepe, in 1943 en 1967 door Anneessens, in 1956 door Joris, boven doksaal van 1865 met hergebruik van oudere delen van 1778-79. Arduinen doopvont van 1928 door architect Fr. Van Daele (Leuven). Lezenaar, vermoedelijk van 1670-72 door Rijckaert Brouckman met putto met wereldbol en arend met gespreide vleugels. Kruisweg, door Jan Van der Plaetsen (Gent), van 1858, geschilderd op doek.

Muurschilderingen in art-decostijl van 1927, door Lodewijk Van Hoey (Gent), enkel bewaard in hoogkoor. Glasramen in hoogkoor: Heilige Juliana en Heilige Thomas van Aquino, door J. Dobbelaere (Brugge), van 1890, drie middenramen met heiligenfiguren en centraal Heilig Hart van Jezus, van Gust Ladon (Gent), van 1925; in Sint-Barbarakoor: Heilige Theresia en Veroordeling van Heilige Barbara tot marteldood door G. Ladon (Gent), van 1930; in Onze-Lieve-Vrouwekoor: de Boodschap van de engel Gabriël aan Maria, door G. Ladon, van 1925 en het Huwelijk van Maria en Jozef, van J. Dobbelaere, van 1887-88; in westgevel: de Verrijzenis en de Kruisdood, gesigneerd A. Delodder-Peene (Brugge), van 1938; in noordtransept: Heilige Theresia van Lisieux, door G. Ladon, van 1934, in noordbeuk: De Verrijzenis door A. De Lodder-Peene, van 1938; in zuidbeuk: de sleuteloverdracht aan Petrus door A. Delodder-Peene, van 1940; in zuidtransept: Piëta door J. Dobbelaere, van 1890.

  • Afdeling Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monumentenzorg Oost-Vlaanderen, Cel Monumenten en Landschappen, archief.
  • Gemeentearchief Maldegem, nummer 2629.
  • Rijksarchief Gent, Kaarten en Plannen, nummer 1264A-B.
  • DE POTTER F. & BROECKAERT J. s.d.: Geschiedenis van de gemeenten der Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Eeklo, Tweede deel, 106-134.
  • MARTENS M. 1989: Het parochiale leven, deel 2 "In onze tijd", De Sint-Barbarakerk, Maldegem, 10-17.
  • MARTENS M. 2001: Bouwgeschiedenis van de Sint-Barbarakerk, Heemkundige Kring Het Ambacht Maldegem, jaarboek, 13-67.
  • POTVLIEGHE G. 1974: Het historisch orgel in Vlaanderen, Brussel, 262-264.
  • VAN MALDEGHEM J. 2001: Interieur aankleding en meubilair van de Sint-Barbarakerk, Heemkundige Kring Het Ambacht Maldegem, jaarboek, 83-143.
  • VERSCHRAEGEN H. 1977: Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Oost-Vlaanderen, Kanton Eeklo, Brussel, 41-46.
  • VERSTRAETE E. 2001: Restauratie Sint-Barbarakerk, 1999-2001, Geschiedenis van een dossier, Heemkundige Kring Het Ambacht Maldegem, jaarboek, 7-12.

Bron: BOGAERT C. & LANCLUS K. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Assenede, Eeklo, Kaprijke, Maldegem en Sint-Laureins, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 21n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Marktstraat

  • Is deel van
    Parochiekerk Sint-Barbara en omgeving

  • Is gerelateerd aan
    Kerkhof met ommegang


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Barbara [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/50564 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.