erfgoedobject

Herenhuis

bouwkundig element
ID
48072
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/48072

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Herenhuis
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als beschermd monument Herenhuis
    Deze bescherming is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Alexiusbegijnhof
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als unesco werelderfgoed kernzone Sint-Alexiusbegijnhof
    Deze aanduiding is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Herenhuis
    Deze vaststelling was geldig van tot

  • is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Alexiusbegijnhof
    Deze vaststelling was geldig van tot

Beschrijving

Herenhuis, gekend als de voormalige Fundatie Verpletsen. Beeldbepalend gebouw opgericht op de plaats van het zogenaamde "Achterste Konvent" of "Klein Begijnhof", bestaande uit een zevental woningen gebouwd rond 1655 als huisvesting voor nieuwe begijntjes op de boomgaard van de infirmerie. Circa 1835-1841 werden deze huisjes afgebroken en vervangen door het huidige herenhuis gebouwd tussen 1841 en 1843. De Fundatie Verpletsen was hier volgens opschrift gevestigd van 1843 tot het jaar van afschaffing in 1864 en voorzag in onderdak van een aantal religieuzen en weeskinderen. Deze stichting ging terug tot een initiatief van Joanna Verpletsen die rond 1669 een huis aan de Vlasmarkt (de "Kleyne Wereld") ter beschikking stelde aan vijf arme weesmeisjes. Vanaf het begin van de 19de eeuw werd deze fundatie beheerd door het Bureel van Weldadigheid en naar de huidige locatie overgebracht. Na de opheffing van de stichting, werd het gebouw in 1866 eveneens gekocht door de Gentse baron en barones Frederik van der Brugghen en Georgine de Naeyer. Vervolgens werd het ingericht als novicenhuis. Het gebouw brandde uit tijdens de Eerste Wereldoorlog en werd daarna heropgebouwd. In 1926 werd het gelijktijdig met de westelijke gevelrij van het begijnhof verkocht. Heden is het een privéwoning.

Tuin van woonhuis aanvankelijk ten noorden grenzend aan de stadsgracht gekend als de "Rommelaar" of later de "Rammelaar", het verlengde van de Oude Vest, dat vanaf de oprichting van het nieuw begijnhof in 1288 de noordgrens van het begijnhof vormde.

Achterin gelegen gebouw omsloten door een ruime ommuurde tuin met ijzeren hekwerk aan bakstenen pijlers. Schuin ingeplant volume van vijf traveeën en twee bouwlagen onder pannen schilddak, rechts vergroot met een lage aanbouw onder plat dak (van circa 1910 volgens het kadasterarchief). Traditioneel opgevat als een dubbelhuis in neoclassicistische stijl, met zeer sobere gevelafwerking. Opgetrokken in rood baksteenmetselwerk waar de verschillende bouwsporen duidelijk te onderkennen zijn. Lage bak- en zandstenen plint. Omlopende zandstenen lijst in het hoofdgestel en tussen de lekdrempels van de bovenvensters. Centrale getoogde voordeur gevat in een vernieuwde hardstenen omlijsting, sterk gelijkend op deze in de rechteraanbouw. Schrijnwerk met tand- en spiegelboogvormig lijstje. Rechthoekige vensters met persiennes en hardstenen dorpels. Getoogde deur in rechthoekige hardstenen omlijsting.

Zuidelijk georiënteerde achtergevel, vroegere voorgevel gericht naar het begijnhof. Centrale tweedelige achterdeur met bovenlicht voorzien van zeshoekig en ruitvormig loodglas. Gevat in een wellicht originele neoclassicistische hardstenen geprofileerde omlijsting op neuten. Daarboven een dito gevelsteen met opschrift "Fondatie Verpletsen", verwijzend naar de vroegere functie. Naast de deur overgroeide plaat met inscriptie: "Burgerlijke Godshuyzen/ Bestuerders/ E.J.M. Van Grootven/ L.F.J. Mintart/ H.J. Van Duyse/ J.C. Fraters/ P.F. Sarens-Rousseau/ J.C. Lutens Secis./ MDCCCXLIII" ter herinnering aan de inrichting van de stichting.

Binneninrichting naar verluidt volledig heringericht na de brand van 1914. Lage rechter aanbouw dienstig als keuken en bureau.

  • Vlaamse Overheid, Ruimte & Erfgoed, Afdeling Oost-Vlaanderen, Onroerend erfgoed, archief.
  • DHANENS E. 1961: Dendermonde, Inventaris van het kunstpatrimonium van Oostvlaanderen IV, Gent, 195.
  • STROOBANTS A. 1995: Dendermonde 1898-1914 op oude prentbriefkaarten, Dendermonde, 25.
  • STROOBANTS A., PÉE L. & VAN WEYENBERGH A. 1988: 700 jaar Begijnhof, Dendermonde, 23, 57-59.
  • STROOBANTS A. 2006: Gids voor het Sint-Alexiusbegijnhof en het Begijnhofmuseum van Dendermonde, Dendermonde, 64-66.
  • VERSTREPEN E. & COOREMAN J. 1973: Het St.-Alexiusbegijnhof Dendermonde. Begijnhofjaar 1973, Dendermonde, 21.

Bron: BOGAERT C., DUCHÊNE H., LANCLUS K. & VERBEECK M. 2006: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Berlare, Buggenhout, Lebbeke, Waasmunster, Hamme en Zele, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 20n, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verbeeck, Mieke; Duchêne, Helena
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Begijnhoflaan

  • Is deel van
    Sint-Alexiusbegijnhof


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Herenhuis [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/48072 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.