Neoclassicistisch burgerhuis op de hoek van Wolstraat en Grote Goddaard, volgens de bouwaanvraag uit 1831 opgetrokken in opdracht van Gerard Servais. Uit het bouwdossier vallen ontwerper noch aannemer af te leiden.

Hoekhuis van drie bij vijf traveeën en vier bouwlagen, oorspronkelijk onder een afgesnuit zadeldak, dat in de jaren 1920 is vervangen door een pseudo-mansarde (kunstleien). De bepleisterde en beschilderde lijstgevels beantwoorden aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit verkleinende registers van rechthoekige muuropeningen met individuele, hardstenen lekdrempels en onderdorpels; blindnissen in de vierde en vijfde travee. Inkomdeuren namen oorspronkelijk de derde (met waterlijst) en de laatste travee van de begane grond in, die later is verbouwd tot winkelpui. De oorspronkelijk haast vierkante vensters van topgeleding zijn op de blindnissen na verhoogd. Een klassiek hoofdgestel met een houten kroonlijst op klossen vormt de gevelbeëindiging.