Zogenaamd "Palais du Comte Jean" (zie opschrift in kenmerkende belettering op de kroonlijst), dubbelresidentie gebouwd in 1929 aan de oostzijde van de Blankenbergse Zeedijk. Voor de bouw van dit appartementsgebouw is het perceel recht tegenover de Pier nog in genomen door duinen, zie de opeenvolgende mutatieschetsen en een in 1924 te dateren prentbriefkaart (privébezit).

Dubbelresidentie van 1929 opgetrokken in een rijkelijke art-decostijl naar ontwerp van de Brusselse architect Armand De Saulnier (gesigneerd boven de begane grond op de centraal uitgewerkte pilaster tussen beide residenties). De Saulnier wordt te Brussel geboren in 1880. Hij was directeur van de "Ecole des Arts et des Métiers" te Etterbeek, en medewerker in België van Henri Van de Velde. In een biografie van 1935 wordt deze 'auteur van plannen voor goedkope woningen en grote gebouwen' geloofd voor het palais te Blankenberge. Bouwproject in opdracht van de Brusselse "Compagnie belge d' entreprises immobilières" (plan ondertekend door de architect op 18.10.1928, "Construction d'un immeuble à Blankenberghe Digue de Mer face au Pier", "Construction d'un immeuble composé d'appartements à vendre"). Naamgeving van de dubbelresidentie naar de achtergelegen Graaf Jansdijk (op "plan général de la ville de Blankenberghe" van 1910 nog aangeduid als "Dique du Comte Jean", op zijn beurt verwijzend naar Graaf Jan zonder Vrees die na de Elisabethvloed van 1404 deze dijk verstevigde en voltooide. De term 'paleis' verwijst naar het luxueus karakter van deze residentie.

Monumentaal gebouw gelegen rechttegenover de Pier (inplanting in 1894, heropbouw in 1931-1933), als enige langs de Zeedijk voorzien van een voorland. Gebouw van twee maal vijf traveeën en acht bouwlagen onder plat dak. Expressieve gevel met afwisselend in- en uitspringende traveeën (erkers en balkons) in een combinatie van gele en rode baksteen en natuursteen.

De begane grond springt licht vooruit als "verandah", ter hoogte van de portalen rijkelijker uitgewerkt. De verdiepingen zijn wisselend uitgewerkt met balkons en erkers (afgeschuinde hoeken). De erkers zijn uitgewerkt als torentjes door een extra bouwlaag met frontonvormig topstuk, die boven de brede kroonlijst op uitgewerkte consoles uitspringt. De centraal uitgewerkte pilaster fungeert als scheidingswand tussen de balkons van beide residenties. De rijke ornamentiek uitgewerkt in natuursteen verlevendigt de gevel: wapenschilden op de centrale pilaster (vermoedelijk verwijzend naar het gegeven van Graaf Jan), boven eerste verdieping geflankeerd door letters "J" en "C" (Comte Jean), inscriptie "Anno 1929"; reliëfs van zeepaardjes onder de kroonlijst en in de erkers, schelpmotieven in het topstuk van de erkers, uitgewerkte consoles enzomeer. Boven de centrale pilaster onder de kroonlijst was oorspronkelijk een uurwerk voorzien (zie bouwplan en een in 1948 te dateren prentbriefkaart, in privébezit). Dit verwijst naar een gebruik bij sommige vooroorlogse hotels op de Zeedijk (zie prentbriefkaarten).

Rechthoekige muuropeningen in een geblokte natuurstenen omlijsting en onder hanenkam. Bewaarde smeedijzeren balkonleuningen. Het oorspronkelijke schrijnwerk (driedelige deurvensters ter hoogte van de balkons en schuiframen) is deels vervangen door PVC.

Het voorland (men tuintjes) is afgesloten door een naoorlogs laag geelbakstenen muurtje, ter vervanging van het oorspronkelijke natuurstenen met hekwerk (nog aangeduid op prentbriefkaart van 1948).

De interne structuur van beide appartementsgebouwen is grotendeels bewaard. Sober uitgewerkte inkomvestibule met op het uiteinde aan de linker- en de rechterzijde toegang tot de appartementen, trap en bewaarde liftkooi. Achter de trap- en liftkoker, lichtschacht (waarop oorspronkelijk ook terrassen uitgaven). Op de begane gronden bevonden zich oorspronkelijk telkens twee erg ruime appartementen met 'verandah', 'salle à manger', 'salon', 'cuisine' toilet, 'bain' en twee slaapkamers.