erfgoedobject

Sint-Hubertuskapel

bouwkundig element
ID
42769
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/42769

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Hubertuskapel
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als beschermd monument Park van Tervuren
    Deze bescherming is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als beschermd cultuurhistorisch landschap Park van Tervuren met omgeving
    Deze bescherming is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als vastgesteld bouwkundig erfgoed Warande
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Sint-Hubertuskapel
    Deze vaststelling was geldig van tot

  • is deel van de aanduiding als beschermd cultuurhistorisch landschap Park van Tervuren met omgeving
    Deze bescherming was geldig van tot

Beschrijving

Vroegbarokke kapel toegewijd aan Sint-Hubertus naar ontwerp van Wenceslas Cobergher.

Historiek

Ten tijde van de aartshertogen Albrecht en Isabella (1599-1633) werd de middeleeuwse hertogelijke burcht en de omliggende Warande onder leiding van hofbouwmeester Wenceslas Cobergher (1557-1634), bekend onder meer als ontwerper van de basiliek van Scherpenheuvel (1609-1618) en de Sint-Augustinuskerk (1615-1618) in Antwerpen, verbouwd en verfraaid tot een prachtig buitenverblijf. Tezelfdertijd werd op de binnenkoer ter vervanging van de houten "sint-huybrechtscapelle" een nieuwe kapel opgetrokken die rijkelijk werd gestoffeerd, onder meer met drie schilderijen van Theodoor Van Loon met taferelen uit het leven van Sint-Hubertus.

De verering van Sint-Hubertus in Tervuren, de vermoedelijke sterfplaats van deze patroonheilige van de jagers, klimt minstens op tot de 16de eeuw en is vermoedelijk ouder. Dankzij de aartshertogen kreeg de cultus een nieuw impuls, wat volledig kaderde in de geest van de Contrareformatie die ze propageerden.

Omwille van opgerezen protest en financiële redenen bleef de kapel, samen met het hoefijzer, van de door Jozef II gedecreteerde sloping gespaard. In 1785 werd er nog steeds mis opgedragen en catechismusles gegeven door monniken van de abdij van Park die sinds 1227 voor de bediening instonden. In de Franse tijd werd ze voor de eredienst gesloten en gebruikt als opslagplaats voor de stoeterij die inmiddels in het hoefijzer was ondergebracht. Bij K.B. van 23 oktober 1826 werd ze door Willem I opnieuw voor de eredienst opengesteld nadat ze kort voordien door zijn zoon Willem-Frederik, prins van Oranje, was gerestaureerd. Mogelijk dateren de houten hoofd- en zijaltaren uit deze periode. Tijdens een stormnacht begin 1884 werd de sacristie totaal vernield en het koor zwaar beschadigd, waarna de nodige restauratiewerken werden uitgevoerd. In 1895 werden de door vocht aangetaste schilderijen naar het Museum van Schone Kunsten in Brussel overgebracht. Ingevolge de schenking van Leopold II aan de Belgische Staat was de kapel eigendom geworden van het Ministerie van Openbare Werken. Na decennia lange leegstand werd de kapel, die intussen ter beschikking was gesteld van de aalmoezenier van de kazerne, op 15 augustus 1922, na herstellingen, opnieuw geopend. In 1954 werd de kapel volledig gerestaureerd en in 1993 volgde nog een algemene opfrisbeurt.

Beheer en onderhoud werden lange tijd verzorgd door de militaire overheid van de Panquinkazerne in het Hoefijzer. De legeraalmoezenier verzorgde er de zondagsmis en de jaarlijkse Sint-Hubertusviering die traditiegetrouw plaatsvindt op de laatste zondag van oktober.

Beschrijving

Ingeplant op de zuidoostelijke rand van de landtong in de Borgvijver werd de Sint-Hubertuskapel (1616-1617) geconcipieerd als een volledig vrijstaand volume op kruisvormige plattegrond, gevormd door een rechthoekige beuk en koor (14 x 5 meter), flankerende zijkapellen (5 x 2,5 meter) en een op het koor aansluitende sacristie (5 x 2 meter). Karakteristiek hierbij zijn de identiek afgewerkte voor- en achtergevel.

In haar sobere elegantie vormt de Sint-Hubertuskapel met haar contrasterend gebruik van rode baksteen en witte natuursteen een mooi voorbeeld van vroegbarok. Typerend is de strakke belijning van de onderscheiden volumes met verticale en horizontale natuurstenen muurbanden, de eenvoudige volutengevel met bekronend fronton en achtkantige klokkenruiter en de afwisseling van oculi, rechthoekige en rondboogvensters. De centrale inkom wordt plastisch geaccentueerd door een in een rondboog ingeschreven geprofileerde, rechthoekige poort bekroond met een gebroken, gebogen fronton en een nis met een terracottabeeld van de patroonheilige. De bespijkerde, zware eiken deur is voorzien van een fraai bewerkt slot en handgreep.

Interieur

Van de rijke stoffering bleef niets bewaard. De sobere houten hoofd- en zijaltaren dateren vermoedelijk uit het eerste kwart van de 19de eeuw. De twee schilderijen boven de zijaltaren met taferelen uit het leven van Sint-Hubertus dateren uit 1952 en zijn het werk van Eli Van Damme, een dienstplichtige uit de nabijgelegen kazerne. Het schilderij boven de toegangsdeur met voorstelling van Onze-Lieve-Vrouw van de Rozenkrans hing tot in de jaren 1940 boven het hoofdaltaar van de parochiekerk. Auteur en datering zijn onbekend. Tegen de muur een gipsen kruisweg.


Bron: Onroerend Erfgoed Beschermingsdossier DB002184
Auteurs: Paesmans, Greta
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Warande


Waarnemingen


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Sint-Hubertuskapel [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/42769 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.