Geheel van twee gekoppelde, neoclassicistische winkelhuizen, volgens de bouwaanvraag uit 1860 opgetrokken in opdracht van de heer H. Van Heurck, mogelijk met oude kern. Uit het bouwdossier vallen ontwerper noch aannemer af te leiden. Op deze ondiepe percelen bevonden zich eerder drie traditionele huizen genaamd "Schiethantschoen", "Drye Ossenhoofden" en "Onse Lievevrouwe Bootschap". Zij maakten deel uit van een geheel van negen pandjes dat in 1627 werd opgetrokken over de volledige westzijde van de Handschoenmarkt ten noorden van het eigendom "Roode Schuyte", op gronden in rente gegeven door de opper- en onderkerkmeesters van Onze-Lieve-Vrouw. De huizen vervingen de hier bestaande houten handschoenkramen waarvan de oorsprong minstens opklom tot de eerste helft van de 15de eeuw.

Ondiepe rijhuizen van respectievelijk vier en twee traveeën en twee bouwlagen onder een plat dak, aanleunend tegen de panden Oude Koornmarkt 13 tot 17. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rust op klassieke houten winkelpuien met pilasters en entablement, respectievelijk een midden- en zijportaal. De bovenbouw wordt geritmeerd door een twee traveeën breed middenrisaliet, en beëindigd door een klassiek hoofdgestel, oorspronkelijk met een casement in de fries van het risaliet, en een gekorniste houten kroonlijst. Register van rechthoekige bovenvensters met doorgetrokken borstwering, oorspronkelijk geprofileerde dagkanten en in het risaliet een vlakke omlijsting met sluitsteen; bewaard houten schrijnwerk.