Deze sterk gerenoveerde en herhaaldelijk aangepaste (zie mutatieschetsen) 19de-eeuwse burgerhuizen hebben vermoedelijk nog een oudere kern; ze tellen vandaag elk vier traveeën en twee bouwlagen onder een doorlopend zadeldak (kunstleien) met de nok parallel aan de straat. Een oude prentkaart van voor de ontruiming van het kerkhof (de opheffing gebeurde in 1907, de ontruiming in 1921, zie briefwisseling KCML betreffende de kerk) toont op deze plaats een ruim breedhuis, bestaande uit twee woningen van elk drie traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak tussen aandaken, de gevels zijn uitgewerkt in elkaars spiegelbeeld en voorzien van eenvoudige rechthoekige muuropeningen; rechts aansluitend is er een lagere poorttravee die later werd verhoogd en volledig werd geïntegreerd als vierde travee in nummer 5. Links was er blijkbaar een doorgang die naderhand ingenomen door de bijkomende travee in nummer 6.

Nummer 5 heeft vandaag een verankerde gecementeerde lijstgevel, waarvan de rechthoekige muuropeningen gevat zijn in een geprofileerde omlijsting met voluutsluitsteen en op de bovenverdieping voorzien van doorgetrokken lekdrempels; de rechtse travee heeft een later ingebrachte, gedrukte rondboogpoort; oorspronkelijk was hier een rechthoekige poort.

Nummer 6 vertoont vandaag een volledig uit lokale zandsteen opgetrokken lijstgevel, eveneens met eenvoudige rechthoekige muuropeningen, ten dele met vernieuwde hardstenen lateien en hergebruikte (?) zandstenen rechtstanden. Voortgaande op de aangehaalde prentkaart en de aanwezige bouwnaad is de meest linkse travee een latere uitbreiding.