erfgoedobject

Den Grooten Mont toe

bouwkundig element
ID
4054
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/4054

Juridische gevolgen

Beschrijving

Herenhuis op de hoek van Grote Markt en Maalderijstraat, met een traditionele kern die opklimt tot de tweede helft van de 16de eeuw, omstreeks 1736 aangepast in régencestijl door Jan Pieter van Baurscheit de Jonge, en in 1815 in laatclassicistische stijl door Frans Stoop.

Historiek

Het gebouw vormt een samenstel van twee traditionele diephuizen, genaamd “Het gulde Schaep’ en ‘Den Grooten Mont toe”, oorspronkelijk met trapgevels aan de Maalderijstraat en een zijgevel in de verdwenen Maanstraat of Manstraat. De Maalderijstraat werd op 4 oktober 1541 getroffen door een zware brand. De Maanstraat ontstond in 1552, na het overwelven van de rui tussen de Maalderijstraat en de voormalige IJzerenbrug door Gilbert van Schoonbeke. In 1557 verkocht Bertelmeeus Bertels twee percelen grond op de hoek van beide straten aan Quinten Walravens, die er vervolgens twee huizen liet bouwen, “Den Grooten Mont toe” en “D’Avontuere”, later genaamd “De Fortuyne”. Door de sloop van het bouwblok aan de zuidzijde van de Grote Markt in 1713-1715, werd de zuidwand van de bescheiden Maanstraat opgewaardeerd tot zuidwand van de Grote Markt. De koopman Ignatius Segers, echtgenoot van Jeanne Baetens liet “Den Grooten Mont toe” omstreeks 1736 verbouwen naar een ontwerp door de architect Jan Pieter Van Baurscheit de Jonge. Daarbij werd de toegang verplaatst naar de heropgebouwde gevel aan de Grote Markt, die een stijlvolle frontispice in régencestijl kreeg. Kort na overlijden van de laatst levende dochter Jeanne Segers in 1813, kwam het pand in het bezit van de in Maaseik geboren ijzerhandelaar en klokkenmaker Joannes Matheus Binjé (†1856), echtgenoot van Isabelle Pasteels (Antwerpen, 1778-Antwerpen, 1859). Deze liet in 1815 door de architect Frans Stoop de bovenvensters aanpassen, een vierde bouwlaag en het laatclassicistische risaliet toevoegen. In het bezit van zoon Pierre Binjé tot zijn overlijden in 1886, werd het pand vanaf 1860 uitgebaat als “Hotel du Nord”. Van 1862 tot zijn overlijden in 1898 was Jan Victor de hotelhouder. Tot op vandaag draagt de horeca-onderneming de naam “Café du Nord”.

Architectuur

Van beide traditionele diephuizen uit de tweede helft van de 16de eeuw, blijven de structuur en beide trapgevels aan de Maalderijstraat bewaard, elk twee traveeën breed en drie bouwlagen hoog, onder parallelle zadeldaken (nok loodrecht op de Maalderijstraat, leien) met getrapte aandaken. Bij renovatiewerken in het interieur werd in 1991 op de eerste verdieping een wandschildering in renaissancestijl van omstreeks 1560 blootgelegd en geconserveerd. Het betreft een rolwerkcartouche tussen hermfiguren, die deel uitmaakte van een groter wandschema, dat zich uitstrekte tot het volledige vertrek. Van de régence-inrichting van de twee vertrekken met wandbespanning, te dateren omstreeks 1736, is enkel de schouwmantel bewaard. De verbouwing van “Den Grooten Mont toe” behoort tot het rijpe oeuvre van Jan Pieter van Baurscheit de Jonge, die in deze periode enkele voorname herenhuizen tot stand bracht in Middelburg, Vlissingen en Den Haag, vergelijkbaar met het hotel de Fraula in Antwerpen en het Stadhuis van Lier. Het gevelfront werd in 1957 gerestaureerd.

Voorgevel. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met dubbelhuisopstand, van vijf traveeën en vier bouwlagen. Axiaal van opzet beantwoordt de opstand aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit verkleinende registers van rechthoekige vensters, met op de eerste verdieping cordonvormende en op de hogere verdiepingen individuele lekdrempels en korte onderdorpels. De compositie legt de klemtoon op het middenrisaliet, dat wordt gemarkeerd door een getoogd spaarveld en geblokte lisenen in kolossale orde. Een klassiek hoofdgestel met een architraaf en gekorniste, houten kroonlijst op klossen vormt de gevelbeëindiging. Dit laatclassicistische schema is toe te schrijven aan de verbouwing door Frans Stoop in 1815, die de volledige bovenbouw wijzigde. De behouden frontispice in régencestijl, bekroonde hij door een vlak omlijst steekboogvenster met imposten en een gebogen waterlijst.

De frontispice door Jan Pieter Van Baurscheit de Jonge van omstreeks 1736, bestaat uit een spiegelboogdeur, aansluitend balkon en spiegelbogig deurvenster, gevat in een hardstenen omlijsting. Spiegelboogdeur met geprofileerd kwarthol beloop, imposten, een schelpsleutel en loofwerk in de zwikken. Deze wordt geflankeerd door schuin geplaatste pilasters met neuten, een spiegel op de schacht en doorgetrokken imposten, die de voluutconsoles met acanthusblad van het balkon dragen. Het oorspronkelijk gebogen balkon, rechtgetrokken tot een gestrekte waterlijst in 1815, bestaat verder uit schuin geplaatste postamenten met spiegel en sierbol, waartussen een gebogen, smeedijzeren borstwering. Het spiegelbogig deurvenster met geprofileerd kwarthol beloop en schelpsleutel, wordt geflankeerd door klauwstukken met neuten en voluut, en bekroond door een breed geprofileerde booglijst op gestrekte uiteinden.

Zijgevel. Samenstel van twee bepleisterde en beschilderde trapgevels, vermoedelijk opgetrokken in bak- en zandsteenbouw, verankerd door smeedijzeren muurankers met gekrulde spie. De goed bewaarde linker trapgevel behoort tot ‘Het gulde Schaep”, de verbouwde rechter tot “Den Grooten Mont toe”. Deze laatste is vermoedelijk omstreeks 1736 grotendeels geblindeerd, en in 1815 aangepast, met verlies van de treden aan de rechterflank en het topstuk. Wat rest zijn de zeven treden aan de linkerflank, in de eerste topgeleding een rechthoekig drielicht met lager middenluik en gedicht rechter zijluik, in de tweede topgeleding een rechthoekig luik, alle met kwarthol geprofileerde dagkanten en druiplijsten. De linker trapgevel van vijf treden met overhoeks topstuk, is opgebouwd uit registers van gekoppelde kozijnen met kwartholle dagkanten, aangepast op de begane grond. Kruiskozijnen met druiplijsten vanaf waterlijsten op beide bovenverdiepingen. De tweeledige, door waterlijsten gemarkeerde geveltop, wordt geopend door een rechthoekig luik met kwartholle dagkanten, een latei op korbelen en druiplijst, waarboven een balkgat.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 838#401.
  • ASAERT G. 2005: Honderd huizen aan de Grote Markt van Antwerpen. Vijf eeuwen bewoningsgeschiedenis, Zwolle en Antwerpen, 90-92.
  • BAUDOUIN F. 1995: Jan Peter van Baurscheit de jonge, architect, 1699-1768, Lira Elegans 4, 137-143.
  • MACLOT P. 1996: Omtrent bouwevolutie, renaissance wandschilderingen en rocallle behangsels van Café Noord aan de Antwerpse Grote Markt, Bulletin van de Antwerpse Vereniging voor Bodem- en Grotonderzoek, 1996.1-2, 1-49.

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Den Grooten Mont toe [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/4054 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.