erfgoedobject

Woning Het Wit Kruis

bouwkundig element
ID
37644
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/37644

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Woning Het Wit Kruis
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als beschermd monument Woning Het Wit Kruis
    Deze bescherming is geldig sinds

  • is deel van de aanduiding als beschermd cultuurhistorisch landschap Kinkenberg
    Deze bescherming is geldig sinds

Beschrijving

De woning Het Wit Kruis werd in de eerste helft van de 18de eeuw opgericht in maasstijl, het huis werd in 1767 aangepast en circa 1931 opgesplitst.

Historiek

De woning is genoemd naar een thans verdwenen, wit, gesmeed ijzeren kruis dat zich vóór het huis bevond. De circa 1 meter hoge, kalkstenen sokkel van het kruis staat er nog en zou naar verluidt een restant zijn van een zuil uit de oude, in 1784 afgebroken kerk. De huisnaam wordt reeds vermeld in een document van 1794.

De voorname dorpswoning, voorheen uitgebreid met bescheiden bedrijfsgebouwtjes, werd opgetrokken in de eerste helft van de 18de eeuw (eerste kwart?) door vermoedelijk Henri Delvaux (+1754), die in 1715 de ertegenover gelegen en thans beschermde Onze-Lieve-Vrouwkapel liet bouwen. De kapel werd gebouwd op hetzelfde perceel als de woning en werd vermoedelijk nog niet doorkruist door een publiek doorgang of weg. De datering ‘1767’ op de deurlatei verwijst vermoedelijk naar aanpassings- en verbouwingswerken door de toenmalige bewoonster en dochter Ida Delvaux, gehuwd met Jacobus Cerfontaine.

Na de dood van Ida Delvaux (1793) liet Jacobus Cerfontaine zijn eigendomsrecht op Het Wit Kruis officieel vaststellen door notaris Denis op 13 mei 1794. In het nog bestaande document wordt ook het eigendomsrecht van Jacobus Cerfontaine op de nabijgelegen kapel van Onze-Lieve-Vrouw bevestigd. Van dan af kan de woning beschouwd worden als de bakermat van de familie Cerfontaine, een invloedrijk geslacht in Voeren die meerdere priesters, een burgemeester en een arts in haar rangen telde. Het document stipuleert verder dat iedere erfgenaam ook eigenaar wordt van de Onze-Lieve-Vrouwkapel die zorgvuldig moest onderhouden worden en waarvoor Jacobus Cerfontaine dan ook jaarlijkse inkomsten voorzag. De woning bleef tot het begin van de 20ste eeuw (1931?) in bezit van de familie. Het woongedeelte werd circa 1931 opgesplitst in twee woningen waarvoor een bijkomende voordeur werd aangebracht. Op de mutatieschets van 1931/10 is er tweemaal sprake "maison" en ook van "étable". Het aangrenzende stalgedeelte werd in de loop van de tweede helft van de 20ste eeuw gesloopt, het smalle vrijstaande bijgebouwtje vlak voor het hoofdgebouw in 2012.

De prachtige, indrukwekkende oude linde gesitueerd tussen de woning en de kapel werd in 1972 gekapt om de doorgang voor de hooiwagens te vergroten.

Momenteel wordt het pand gerestaureerd en verbouwd tot vakantieverblijf naar ontwerp van architect Boudewijn Laugs (plannen gedateerd 2009 en 2011). De werken zijn gestart in 2012.

Beschrijving

Het woonhuis is gesitueerd aan het driehoekige pleintje Kinkenberg. De woning is ingeplant op een eigenaardig langgerekt, smal perceel, gevat tussen het plein en de kronkelende Voer pal aan de achterzijde. De tuin bevindt zich aan de overzijde van de Voer.

Het is een vrijstaande, langgerekte woning met geknikte achtergevel uit de eerste helft van de 18de eeuw in Maasstijl. Het is een breedhuis van een ongelijk aantal traveeën en twee en een halve bouwlaag onder zadeldak (mechanische pannen) dat aan de oostzijde is afgewolfd.

Het verankerd bakstenen gebouw op een breukstenen plint, bezit muuropeningen met kalkstenen omlijstingen en wordt onder de dakrand afgelijnd door een bakstenen muizentandfries met dropmotief. Het baksteenmetselwerk is afgewerkt met een knipvoeg. Er zijn verschillende types vensters: kleine rechthoekige vensters met negblokken (mogelijk hergebruik), bolkozijnen, rechthoekige vensters in een vlakke omlijsting en ellipsvormige zoldervenstertjes in een rechthoekige omlijsting. Al deze vensteropeningen zijn voorzien van vernieuwde luiken. Links komen twee originele deuren voor. Het gaat om rechthoekige deuren met negblokken. De woonhuisdeur is voorzien van een bovenlicht met kalkstenen tussendorpel en een decoratieve inscriptie op de bovenlatei: de datering ‘17’ ‘67’ in afzonderlijke schildjes en het in Voeren veel voorkomende Christusmonogram, zijnde de initialen ‘IHS’. De gelijkaardige rechterdeur is een aanpassing uit 1931 toen het pand in twee wooneenheden werd gesplitst. De muuropeningen hebben al dan niet een bakstenen ontlastingsboog (gestrekt of gebogen).

Het geknikte deel van de achtergevel (oostzijde) is op de deuropening met kalkstenen omlijsting na blind, de rest van de achtergevel is voorzien van rechthoekige vensters en bolkozijnen in kalkstenen omlijstingen en bakstenen ellipsvormige zoldervensters. De oostelijke zijgevel heeft gelijkaardige vensters als de voorgevel en een kleine uitbouw onder lessenaarsdak. De westelijke zijgevel heeft een kunstleien beschieting en één rechthoekig zoldervenster. Het schrijnwerk werd overal vernieuwd.

De planindeling bleef goed bewaard. Het interieur kent, behalve de schouwpartij, geen stenen binnenmuren. De gehele binnenconstructie bestaat uit deels met leem, deels met baksteen opgevulde vakwerkwanden en eiken spanten. De plafonds zijn gestuct en voorzien van koven en lijstwerk. De woonkamer bezit een stucwerkplafond uit de eerste helft van de 18de eeuw (barok), alsook een haard met een bepleisterde schouwboezem uit het derde kwart van de 18de eeuw (régence) voorzien van met rocaillemotieven versierde hoekpilasters en een centrale spiegel, die bovenaan rondboogvormig en onderaan accoladeboogvormig is afgesloten. In een kamertje op de bovenverdieping is er eveneens een 18de-eeuwse haard met een bepleisterde schouwboezem, voorzien van eenvoudiger hoekpilasters en dito spiegel. Bij de splitsing naar twee woningen in 1931, kwam er een tweede trap en een tweede keldertrap. De kelder omvat twee gewelven, die vroeger gekoppeld waren, getuige de dichtgemetselde doorgang in het grote gewelf. Onroerend Erfgoed kreeg geen toestemming om het interieur te bezoeken, het interieurverslag is gebaseerd op het bouwhistorisch onderzoek van architect B. Laugs.


Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier 4.001/73109/102.1, Voeren (’s-Gravenvoeren): woning ‘Het Wit Kruis’.
Auteurs: Pauwels, Dirk; Van Damme, Marjolijn
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Woning Het Wit Kruis [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/37644 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.