erfgoedobject

Parochiekerk Sint-Lambertus

bouwkundig element
ID
32100
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/32100

Juridische gevolgen

Beschrijving

HISTORIEK

De Sint-Lambertuskerk behoorde toe aan het kapittel van Sint-Martin van Luik, dat het patronaatsrecht en de tienden bezat. Dit eigendomsrecht wordt voor het eerst vermeld in 1181. Een gedeelte van de tienden hoorde toe aan het kapittel van Tongeren. De kerk is gelegen binnen het ommuurde kerkhof. De oude kern van het gebouw zou een vroegromaanse basilica kunnen zijn, met rechthoekig koor. Hierop wijzen nog de rondboogarcaden op kapiteelloze pijlers tussen schip en zijbeuken. Waarschijnlijk was zij van een vlakke, houten zoldering voorzien.

De westtoren werd later toegevoegd. In 1521 wordt een restauratie met steen van Sichem vermeld. In 1715 is de toren bouwvallig en wordt hersteld; het verslag van de experten vermeldt dat de toren later dan de eigenlijke kerk werd gebouwd. Tijdens de Franse bezetting was de kerk gesloten van 1799 tot 1802. Herstellingswerken in 1823, 1824, 1874, 1878, 1886 en restauratie in 1897. De oude toren, die totaal vervallen was, werd in 1860 afgebroken en vervangen door de huidige.

BESCHRIJVING

De plattegrond beschrijft een driebeukig schip van vijf traveeën met voorstaande westtoren, aan de zuidzijde geflankeerd door een traptoren, en een koor van een rechte travee met vlakke sluiting, waartegen de sacristie is aangebouwd. De neoromaanse westpartij is van baksteen. Toren van vier geledingen onder ingesnoerde naaldspits (leien); hoekbanden van mergelsteen; rondboogportaal in een geprofileerde, hardstenen omlijsting; in de tweede geleding een bifora in rondboogvormige, mergelstenen omlijsting; in de derde geleding op elke zijde een puntgevelmotief van mergel, waarbinnen een drieledige blinde rondboog; in de bovenste geleding in elke zijde twee bifora als galmgaten; geprofileerde kroonlijst met mergelstenen afwerking.

Het schip behield zijn romaanse onderbouw van breuksteen -silex en kwartsiet- in vrij regelmatig verband; de sokkel heeft een kalkstenen afzaat en dito hoekband. Ook de oostgevel van het schip is volledig van breuksteen, met in de geveltop een oculus in rechthoekige, geprofileerde mergelstenen omlijsting. De bovenbouw van de zijbeuken is van baksteen en dateert waarschijnlijk uit de 18de eeuw; rondboogvensters in een mergelstenen omlijsting met negblokken in regelmatig verband; kalkstenen onderdorpel.

Het koor bestaat uit muurpanden daterend uit verschillende perioden: in de onderbouw komen aan de zijde van het schip zware, gebosseerde kalkstenen blokken in regelmatig verband voor; het grootste gedeelte, aansluitend bij het schip is van kleine, vrij regelmatige breuksteenblokken, silex en een soort van ijzerzandsteen. De zijde van de koorsluiting is van mergelsteen: waarschijnlijk gaat het hier om de restauratie van 1521; de oorspronkelijke smalle spitsboogvensters in dit mergelstenen gedeelte werden, waarschijnlijk bij de bouw van de toren, gedicht en vervangen door de huidige, mergelstenen rondboogvensters.

Bakstenen sacristie, waarschijnlijk uit de eerste helft van de 18de eeuw, waarvan alleen het vierkant, getralied venster in kalkstenen omlijsting met sponningbeloop origineel is.

Bepleisterd interieur. Vlakke zolderingen. Rondboogarcade tussen schip en zijbeuken op zware, kapiteelloze pijlers. De zoldering en de spitsboogvormige scheiboog tussen schip en koor is versierd met rococostucwerk.

Mobilair: schilderij met voorstelling van de Vlucht naar Egypte, olie op doek (18de eeuw); schilderij met voorstelling van de graflegging, olie op doek (18de eeuw); twee schilderijen met voorstelling van Sint-Gerlachus en Sint-Magdalena, gedateerd 1861; altaarstuk met voorstelling Laat de kinderen tot Mij komen, Ch. Wauters (1864).

Beeld van Sint-Anna-ten-Drieën (Kind gestolen), gepolychromeerd hout (eerste helft van de 16de eeuw); beeld van Sint-Lambertus, rechter zijaltaar, gepolychromeerd hout (circa 1700); processiemadonna, linker zijaltaar (uit de eerste helft van de 19de eeuw); exterieur: Calvariekruis, hout (19de eeuw).

Hoofd- en zijaltaren, beschilderd hout (eerste helft van de 19de eeuw). Preekstoel, thans altaar, eik (vierde kwart van de 18de eeuw). Twee biechtstoelen, eik (eerste helft van de 19de eeuw). Orgel van Jan Dekens, Haacht (1675), afkomstig uit de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Diest, aangekocht in 1830, thans in zeer verbouwde en gedegradeerde toestand; herstellingen door Pereboom en Leyser in 1881 en 1890; doksaal met cherubijnenbeelden, eik (circa 1835). Sokkel, eik, barok (tweede helft van de 17de eeuw). Sacristiekast (midden 18de eeuw).

Grafstenen van: pastoor Joannes Mirandus (+ 1681); Jan Lemmens en echtgenote Christina Van Aken (1687); van Jan Knapen (+ 1691) en Maria Van Aken (+ 1685); grafsteen van 1682. Op het kerkhof: grafsteen van Daniel de Horpale (+ na 1333) en zijn vrouwen Helvidis (+ 1309) en Loretta (+ 1321), met persoonsvoorstelling.

Grafkruisen van: Art Ghisens (+ 1650); Lambert Ghysens en Maria Bampts, zijn vrouw (+ 1748); Goel Lemens (+ 1650); grafkruis van 1656; grafkruis van 1657; grafkruis van 1640, waarschijnlijk van Coel Coels alias Vrints; Maria Scormans, vrouw van Lambrect Knapen (+ 1651); Ian Dumont (+ 1789) en zijn vrouw Catharina Louwet (+ 1801); Renier Louwet (+ 1681); grafkruis, onleesbaar (17de eeuw); Marie Loubbet, vrouw van Everadt Ghysebrechs (+ 1688); Ghilis Lovvet (+ 16..); Anna Lhoest, vrouw van Renier Lovvet (+ 1679); Henrick Coenen (+ 175[9?]) en zijn vrouw Margariet Lovewet (+ 1763); Elisabedt Palman (+ 1711) en haar man Ian Conen; grafkruis (17de eeuw); Marten Ghysens (+ 1688); Peter Pansars (+ 1673) en Ghilis Pansars (+ 1673); Robert Pansaers (+ 1690); Ian Knapen (+ 1636), zijn zoon [?] en zijn vrouw Margarita Mombeck; Ian Vandersmissen (+ 1753); grafkruis van 1700; [?] Knapen (+ 16..); Willem [?] (+ 1685); Helle Lemmens, vrouw van Ghelb[ert?] [?] (+ 1672).

  • CASTER E. VAN & OP DE BEECK R., De grafkunst in Belgisch Limburg. Vloerzerken en -platen met persoonsvoorstellingen (13e tot 17e eeuw), in Maaslandse Monografieën; 4, Assen, 1981, p. 66, 72.
  • DRIESEN W., Bulletin des Commissions royales d'Art et d'Archéologie (Brussel 1862-1942), in Limburgse Referenties 1, Hasselt, 1992, p. 51.
  • GEUKENS B., Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Limburg, Kanton Borgloon, Brussel, 1977, p. 44-46.
  • KUBACH H.E. & VERBEEK A., Romanische Baukunst an Rhein und Maas, Berlin, 1976, p. 581.
  • ROOSE P., Meegedeelde gegevens betreffende het orgel. 1999.

Bron: PAUWELS D. & SCHLUSMANS F. met medewerking van MUYLDERMANS E. & ROMBOUTS J. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n4, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is gerelateerd aan
    Kerkhof van Horpmaal

  • Is deel van
    Horpmaal


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Lambertus [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/32100 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.