erfgoedobject

Site Meestermolen

bouwkundig element
ID
31572
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/31572

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Meestermolen
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • omvat de aanduiding als beschermd monument Windmolen Meestermolen
    Deze bescherming is geldig sinds

Beschrijving

De Meestermolen, gelegen op een molenbelt nabij het kruispunt van de Westvleterenstraat, Veurnestraat en Kasteelstraaat, is een standaardmolen met open voet. Functioneel gaat het om een korenmolen.

Historiek

De Meestermolen betreft een standaardmolen die tot 1973 in Gijverinkhove stond en in oorsprong minstens tot de late 17de eeuw teruggaat. Volgens een aangifte in maart 1700 behoorde de windmolen toen toe aan molenaar Andries De Moor: “Eenen coorenwintmeulene toebehoorende aen Andries De Moor, alsoock het assecot [rosmolen] daeraen paelende, alles op sijnen erve”. Daarna geven de Kabinetskaart (1771-1778) van graaf de Ferraris, de Atlas van de Buurtwegen (1843-1845), de topografische kaart van Philippe  Vandermaelen (ca. 1850 en de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1860) op dezelfde locatie nog steeds een standaardmolen aan. In de 19de eeuw stond naast de windmolen ook nog altijd een rosmolen om de windstille periode te overbruggen. Of de standaardmolen van meet af aan een gesloten voet had, is onduidelijk.

In 1885 werd de standaardmolen in opdracht van molenaar Alexander Vereyck hersteld door molenmaker Karel Blondé uit Alveringem. De werken bestonden in het bijzonder uit het voorzien van nieuwe roeden en hekken.

Toen een novemberstorm in 1940 een roede tientallen meters wegblies, nam molenaar-eigenaar Achille Vereyck zich voor om de molen te verkopen of af te breken. Uiteindelijk werd de molen in 1941 verpacht aan Michel Ide. In 1943 liet molenaar Ide één van de roeden verdekkeren. In hetzelfde jaar werd de standaardmolen met gesloten voet beschermd als monument. Toen Michel Ide, eigenaar sinds 1945, de molen in 1952 verkocht, bleek deze bouwvallig. Nog hetzelfde jaar liet de nieuwe eigenaar Maurits Dewilde de molen restaureren door molenbouwer Henri Lejeune (1892-1965) uit Westvleteren. Deze werken bestonden onder meer uit het vervangen van de oude standaard en steenbalk door de standaard en steenbalk uit de in 1952 gesloopte Bergmolen in Lendelede. Beide standaarden waren even lang, maar omdat van de  ‘nieuwe’ standaard het gedeelte boven de zetel langer  en het gedeelte eronder korter was, moesten er twee stellen berriebalken gelegd worden. Ook een van de kruisplaten met de bijhorende steekbanden werd vernieuwd en de middellijst werd met ijzer versterkt. Kort na de restauratie, nog steeds in 1952, brak echter de halfverdekkerde binnenroede. Molenaar Dewilde maalde nog twee jaar met één roede, maar zag zich in 1954-1955 uiteindelijk genoodzaakt om de molen stil te leggen. Het binnenwerk werd uit de molen gehaald om hergebruikt te worden in de mechanische maalderij, die tot 1988 in bedrijf bleef.

Omdat de standaardmolen opnieuw meer en meer in verval geraakte, verkocht Maurits Dewilde in 1963 de molen aan René De Meester, burgemeester van Oostvleteren. Zijn plan was om de windmolen te restaureren en in Oostvleteren herop te richten. Twee jaar nadat hij de molen in 1968 aan de gemeente had geschonken, volgde de machtiging om de standaardmolen te demonteren en naar Oostvleteren over te brengen. In 1973 werd de molen effectief ontmanteld en overgebracht. Naar een ontwerp van architect Arthur De Geyter (1919-2004) werd de molen in 1973-1974 gerestaureerd door de Gistelse molenbouwers Guido (1937-2007) en Herman Peel (1933). Bij deze wederopbouw werd echter geen rekening gehouden mat de gesloten voet en de kombuis die de standaardmolen in Gijverinkhove kenmerkten.

In 2002 liep de Meestersmolen stormschade op en moest hij onder de hoekstijlen gestut worden. Na de vervanging van de boezem (brasem) onder de steenbalk door Thomaes Molenbouw (Beveren-Roeselare) en herstellingen aan de voet door Molenbouw Wieme (Machelen-Zulte) werd de molen opnieuw wind- en maalvaardig.

Beschrijving

De Meestermolen is een standaardmolen met open voet, rustend op vier bakstenen teerlingen op een molenbelt. Bij de heroprichting in 1973-1974 van de van Gijverinkhove naar Oostvleteren overgebrachte houten molen werd niet langer geopteerd voor een gesloten voet. Ook de kombuis die de molenkast met zijn verticale plankenbeschieting aan de voor- en zijkanten kenmerkte, werd toen weggelaten. De windzijde en de gebogen molenkap zijn sindsdien gedekt met cederhouten in plaats van eikenhouten schaliën. Het gevlucht bestaat uit gelaste roeden met een vlucht van ongeveer 24 meter. Sinds de vervanging in 1952 van de oude standaard door de uit de Bergmolen uit Lendelede gerecupereerde standaard is de molen uitzonderlijk voorzien van twee stellen berriebalken.

Functioneel is de Meestermolen een korenwindmolen. Op de meelzolder bevindt zich behalve de meelgoot ook een haverpletter. De steenzolder is uitgerust met twee steenkoppels. De aandrijving gebeurt door middel van een vangwiel met 51 kammen en een voorwiel van 44 kammen. In het vangwiel grijpt een kamwiel van 12 kammen, bevestigd op één van de twee staakijzers die de lopers in beweging brengen, in het voorwiel een kamwiel van 13 kammen, bevestigd op het tweede staakijzer. Het kamwiel van de haverpletter wordt eveneens aangedreven door het voorwiel. In de vier hoekstukken van het voorwiel is een inscriptie gekapt: “DOOR MY / GHEMAECKT / MJ VERFAILLIE / 1746”.

Ten zuiden van de standaardmolen, aan de voet van de molenbelt, staat een dwarsschuurtje onder overstekend zadeldak (Vlaamse pannen) op houten modillons. Rechthoekige schuurpoorten onderbreken de wanden, die bestaan uit in stijl- en regelwerk met horizontale plankenbeschieting op een bakstenen voeting. Tegen de voorgevel staat een aanbouwseltje onder pannen lessenaarsdak.

  • AMEEUW J. 2004: Molens van Veurne-Ambacht, Koksijde, 69-74.
  • CORNILLY J. 2001: Monumentaal West-Vlaanderen. Beschermde monumenten en landschappen in de provincie West-Vlaanderen. Deel 1. Arrondissementen Ieper, Kortrijk, Roeselare, Tielt, Brugge, 222.
  • DEBYSER P. 1985: De ‘De Meestermolen’ te Oostvleteren, Vlietmara 6.2, 13-25.
  • DELEPIERE A.-M. & HUYS M. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Ieper, Kanton Poperinge, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 11n2, Brussel - Turnhout.
  • DEVLIEGHER L. 1984: De molens in West-Vlaanderen, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen, deel 9, Tielt-Weesp, 396-399.
  • DEVYT C. 1966: Westvlaamse Windmolens. Inventaris volgens de toestand op 1 januari 1965, Brugge, 73.
  • G[OUSSEY] A.R. 1963: De Westmolen van Stavele afgebroken – De molen van Gijverinkhove verhuist naar Oostvleteren, Bachten de Kupe 5, 190-192.

Auteurs: Becuwe, Frank
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Site Meestermolen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/31572 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.