erfgoedobject

Kasteel van Merris met tuin

bouwkundig / landschappelijk element
ID
31238
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/31238

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kasteel van Merris
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

'Kasteel Van Merris', naar de bouwheer vrederechter L. Van Merris en de huidige bewoners. Eclectisch herenhuis te vergelijken met andere soortgelijke, al of niet verdwenen, 'kasteeltjes' van circa 1900 te Poperinge. Gelegen middenin een beboomd park met gekasseid pad, vijvertje met houten loopbrug, tuinpaviljoen, nutsgebouw en een kleine oranjerie. Aan de straatzijde situeert zich een afzomend gietijzeren hek tussen bakstenen vierkante pijlers met tandlijstje en gemarkeerde sokkel met gele bakstenen band; ter hoogte van het toegangshek geblokt, gestut door een steunbeer, en met bijkomende jaarcartouches 'Anno' (links) en '1879' (rechts). Voorts is er ook een hekpijler met later ingewerkt Mariakapelletje voorzien van opschrift 'O.L.V. v. St.-Jan B.V.O. Erkentelijkheid Veurnestraat 6 sept. 1944'.

Woning op L-vormige plattegrond met huistoren en aansluitende lage loggia in de oksel. Twee bouwlagen onder leien zadeldaken met vorstkam, gedomineerd door de toren met houten galerij op dito modillons en pseudo-vakwerk onder de leien naaldspits met uitgewerkte gietijzeren bekroning. Rode baksteenbouw verlevendigd met rode lazuurverf, geaccentueerd voegwerk en horizontale banden van gele baksteen, op gemarkeerde sokkel belijnd met arduinen band; hartvormige muurankers. De aflijnende dubbele tandlijst wordt onderbroken door de getrapte, korte gevels. Getoogde muuropeningen, op kelderhoogte onder meer beveiligd met een gietijzeren hek. Deurvensters uitgevend op de houten rechthoekige loggia met steektrapje, op de bel-etage.

Achtzijdig tuinpaviljoentje in pseudo-vakwerkbouw onder tentdak met overstekende dakrand voorzien van een houten uitgewerkte lijst. Laag nutsgebouw van vier traveeën onder zadeldak (Vlaamse pannen) met vorstkam (leliemotief van ceramiek) en overstekende dakrand met houten sierlijst op dito modillons. Accoladebogige vensters.

Rechts bevindt zich een lagere kleine oranjerie (?) van drie traveeën onder schilddak (Vlaamse pannen) met soortgelijke vorstkam en doorbroken door een dakvenster. Mijterbogige muuropeningen, onder meer met uitgewerkt houten traliewerk.

 


Bron: DELEPIERE A.-M. & HUYS M. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Ieper, Kanton Poperinge, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 11n2, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Delepiere, Anne Marie; Huys, Martine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Aanvullende informatie

Siertuin

Het landhuis met lusttuin werd gebouwd in opdracht van Achille Vanrenynghe en kadastraal geregistreerd in 1880. De eigendomsgrens lag oorspronkelijk verder noordwaarts, maar de moestuin met serre en veeweide die zich daar bevonden, werden na WO II afgesplitst en verkaveld. Het ontwerp van de circa 1 ha. grote siertuin is van de hand van de Gentse tuinarchitect, auteur en gerenommeerd kweker Edouard Pynaert (1835-1900), die gespecialiseerd was in tuinontwerpen in landschappelijke stijl met pittoresk karakter. Dit pittoreske karakter komt tot uiting in het gevarieerde bomen- en struikenbestand. De keuze voor een beplantingsplan met een groot aantal verschillende boomsoorten en -variëteiten (bijvoorbeeld rood- of bontbladige exemplaren) op een relatief kleine oppervlakte, verhoogt de visuele aantrekkelijkheid van het ontwerp.

Rond 1900 verwerft de familie Merris het landhuis. Een aantal bewaarde foto’s uit deze periode tonen de familie in een duidelijk nog jonge tuin. Zo wordt een fraaie, smeedijzeren boogserre op bakstenen voet, die zich op de locatie van het huidige hotel bevond, afgebeeld. Een andere foto toont de vijver met bakstenen keermuur met het kleine kunstmatige eilandje met bewaard eendenverblijf en de nog jonge treurbeuk.

Het padenpatroon, bestaande uit een groot rondpad en een aantal aansluitende lussen, bleef bijna ongewijzigd bewaard. De twee kunstmatige heuveltjes in het noordwesten en noordoosten werden vermoedelijk aangelegd met overtollige grond na uitgraven van de vijver. Onder het noordwestelijke heuveltje bleef een ijskelder bewaard. In het centrale gazon ligt een tuinpaviljoentje met enkele platanen als begeleidende beplanting.

Tot het interessante bomenbestand hoort een zeldzame eik (Quercus x heterophylla), die door zijn omvang vermoedelijk ook één van de Belgische kampioenen is. Deze natuurlijk voorkomende hybride van de Amerikaanse eik (Quercus rubra) en de wilgbladige eik (Quercus phellos) uit het midden en oosten van de Verenigde Staten, is sinds 1783 in België aangeplant. Verder een zeldzame Japanse es (Fraxinus longicuspis), boomhazelaar (Corylus colurna), geelhout (Cladrastis Kentukea) en een gewone plataan met diep ingesneden blad (Platanus x hispanica). In de gevarieerde struiklaag treft men hulst (Ilex aquifolium) met stamomtrek tot 124 cm, gele kornoelje (Cornus mas) met een stamomtrek van 96 cm, Aucuba japonica ‘Variegata’, venijnboom (Taxus baccata), mahoniestruik (Mahonia aquifolium), sneeuwbes (Symphoricarpus albus), struikklimop (Hedera helix ‘Arborescens’),  Japanse sneeuwbal (Viburnum rhytidophyllum), bamboe (phyllostachys aurea), laurierkers (Prunus laurocerasus), Prunus laurocerasus ‘Otto Luyken’ en gewone vlier (Sambucus nigra). In de kruidlaag groeien sneeuwklokje, krokus, aronskelk, speenkruid en boshyacint.

Merkwaardige bomen: (Het cijfer in vet geeft de stamomtrek, standaard gemeten op 150 cm hoogte.)

  1. witte paardenkastanje (Aesculus hippocastanum) 317
  2. bruine beuk (Fagus sylvatica ‘Atropunicea) 327
  3. boomhazelaar (Corylus colurna) 73
  4. Japanse es (Fraxinus longicuspis) 92
  5. gewone vleugelnoot (Pterocarya fraxinifolia) 86
  6. Chinese vernisboom (Koelreuteria paniculata) 31
  7. Driestammige en geënte gewone acacia (Robinia pseudoacacia ‘Tortuosa’) 312 (gemeten op 80cm hoogte)
  8. verschillendbladige eik (Quercus x heterophylla) 296 
  9. gewone plataan (Platanus x hispanica) 339
  10. witte paardenkastanje (Aesculus hippocastanum) 360
  11. treurbeuk (Fagus purpureopendula) 397
  • Kadasterarchief West-Vlaanderen, Mutatieschetsen en bijhorende mutatiestaten Poperinge, afdeling II (Poperinge), 1880/32. 
  • BOOM B. 1975: Nederlandse dendrologie, Wageningen, 124.
  • D'HONDT B. 2014: Van Andriesschool tot Zondernaamstraat, Gids door 150 jaar liberaal leven te Gent, Gent, p. 275.
  • PRIEM V. 1998: Kastelen en landhuizen in de Westhoek, Ieper, 117-119.
  • Informatie verkregen van Steven Heyde (8 december 2011).
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteel van Merris met tuin [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/31238 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.