Eclectisch dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (nokrichting parallel aan de straat, leien); jaarstenen 1908 en 1920 in de linker trapgeveltop, respectievelijk wijzend op het bouwjaar en de herstelling (?) na de Eerste Wereldoorlog; dominerende stijlelementen ontleend aan de gotiek en de regionale renaissancestijl.

Verankerde gele baksteenbouw op arduinen plint. Lijstgevel met links hoekrisaliet uitlopend op trapgevel met overhoeks topstuk. Panelen met rondboogfries op de borstwering. Aflijnend korfboogfries. Korfbogige muuropeningen onder aansluitende druiplijsten van simili- of natuursteen. Houten gootlijst op consooltjes, doorbroken door getrapt dakvenster met overhoeks topstuk. Kleine dakkapel.