erfgoedobject

Parochiekerk Sint-Margaretha

bouwkundig element
ID
308
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/308

Juridische gevolgen

Beschrijving

Laatromaans kerkje met vermenging van vroeggotische en barokke elementen. Centraal gelegen op de dorpsplaats midden een beboomd vernauwd kerkhof met slordig verspreide grafstenen uit de 17de tot de 19de eeuw en een recent vrij klein en laag zandstenen muurtje. Opgetrokken in het tweede kwart van de 13de eeuw voor de nieuwe zelfstandige parochie. Het oude vroegromaanse zaalkerkje werd omgebouwd tot het huidige koor; dit bepaalde de afwijking van de asrichting (ten noordoosten). Gedurende lange tijd zeer bekend voor de intense verering van de Heilige Margaretha en Heilige Jozef. Verbouwing in de 14de eeuw van het koor en bijvoegen van de traptoren, in de 15de eeuw van de noordelijke transeptarm en de middenbeuk. Na zware brandschade volgen in de 17de eeuw herstellingen van het interieur, de toren (1629) en de overwelving barokke zuidelijke transeptarm uit 1666. Classicistisch getinte verbouwingen (vensters van zijbeuken), 1750, en uitbreidingen (sacristieën). Circa 1800 volledige restauratie. Volgende ingrijpende restauratiewerken in 1968-1973, architect Van Malleghem. Volledig uit Balegemse zandsteen opgetrokken, met uitzondering van de bakstenen zuidelijke sacristie op zandstenen plint. Dakbedekking door middel van leien.

De plattegrond vertoont een kruisbasiliek met ingebouwde laatromaanse westtoren (derde kwart van de 13de eeuw) met toegevoegde zuidelijke traptoren (eerste kwart van de 14de eeuw), schip (13de eeuw) met twee zijbeuken (13de eeuw) van drie traveeën en een zuidelijke zijkapel met zijportaal (16de eeuw). Twee transeptarmen (noordelijke arm: tweede kwart van de 15de eeuw) van oorspronkelijk twee traveeën met vlakke sluiting. Twee sacristieën van twee traveeën. Westgevel: heden neogotische steekboogpoort (tweede kwart van de 19de eeuw), oorspronkelijk geen, later schouderboogvormige ingang; gerestaureerd roosvenster met zespas erboven (voorheen dichtgemetseld en een spitsboogvenster, (eerste kwart van de 19de eeuw) in de plaats. Geflankeerd door een driemaal versneden gotische noordelijke steunbeer (eerste kwart van de 14de eeuw), en door een ronde zuidelijke traptoren met maskerornament bovenaan, en twee roosvenstertjes in de zijbeuken. Vierkante westtoren van drie gemarkeerde geledingen en met ingesnoerde spits. Roosvensters met vierpas in de onderste romaanse geleding ten zuiden en ten noorden, dubbele rondboognissen tussen muurlisenen met figurale versiering en sierlijke vroeggotische galmvensters (met colonnetten met krulkapiteel en rondstaaf) tussen lisenen, bekroond met een droplijst (gerestaureerd in 1629). Scherpe achtkantige ingesnoerde spits uit het tweede kwart van de 17de eeuw tot het eerste kwart van de 18de eeuw, middenbeuk onder zadeldak, gotisch verbouwd (derde kwart van de 14de eeuw) met spitsboogvormige bovenlichtvensters (steekboogvensters uit de 18de eeuw tot laatste restauratie). Lage zijbeuken onder lessenaarsdaken, aanvankelijk blinde zijgevels, in 1750 voorzien van steekboogvensters (opschrift in eerste noordelijk venster). Weerszijden een steunbeer, onder andere aansluitend bij een uitwendige luchtboog ten westen die de toren stut. Noordgevel gedeeltelijk afgelijnd door middel van modillons met figuratieve en vegetatieve ornamenten. Maskerkopje op de overgang van de zuidelijke traptoren naar de westgevel. Aan zuidzijde werd de oude ingang wat verplaatst. Heden een zijkapel onder zadeldak, gestut door middel van drievoudige versneden steunberen. Puntgevel met schouderstukken doorbroken door een laatgotische deuromlijsting met nisje (in de 18de eeuw gedicht en vervangen door een steekboogvenster). Het portaal (waar sporen van zitbanken langs de muren teruggevonden werden) geeft toegang tot een korfboogdeur met druiplijst. Hieraan paalt de zuidelijke kruisarm onder doorgetrokken mank dak van het schip met sierlijk barok klokgeveltje (met een bak- en zandstenen top) - gedateerd 1666 - tussen drievoudig versneden steunberen en met een groot steekboogvenster. Bakstenen zuidelijke sacristie van twee traveeën op zandstenen plint en onder lessenaarsdak, rechthoekige vensters in vlakke natuurstenen lijsten en gelijksoortige deur. Gotische noordelijke transeptarm onder zadeldak. Puntgevel met schouderstukken en groot spitsboogvenster met gerestaureerde visblaastracering en een druiplijstje. Volledig zandstenen sacristie met rechthoekig venster met middenstijl en een rechthoekige deur.

Rechthoekig verhoogd koor onder zadeldak (lager dan het schip), tot op zekere hoogte opgetrokken in onregelmatig metselverband met diepe nissen aan de binnenkant, waarschijnlijk duidt dit op het vroegere zaalkerkje. Smalle spitsboogvensters (voorheen steekboogvensters) in de lijstgevels, een breder dichtgemetst spitsboogvenster in oostelijke puntgevel met aandak op schouderstukken. Spitsbogen op zeilen met ronde sokkel, knoppenkapiteel en dekblad, ronde zuilen met halfzuilen (met knoppenkapiteel) voor het westportaal en de zuidelijke kapel, halve zuilen met kapiteel aan het koor. Overdekking (van 1660) door middel van kruisribben voor het westportaal, zuidkapel en -transept, noordelijk transept (spitstongewelf voor het koor, voorheen ribbengewelf op consolen), vlakke balkenzoldering voor het middenschip (bakstenen gewelf in 1660) en houten halftongewelf voor de zijbeuken (oorspronkelijk met "ziende bekapping", namelijk versierde houten balkstukken langs de binnenmuren en voorheen bakstenen gewelven uit het tweede kwart van de 18de eeuw).

Mobilair

Schilderij van C. De Crayer, "Val van Christus en de Heilige Veronika" (1653). Beelden van de Heilige Margaretha met de draak (twee terracotta's en één houten van de 17de eeuw), Heilige Jozef (terracotta van Joan Baptist De Vree, 1688), Johannes de Doper en Christus (terracotta tweede tot derde kwart van de 18de eeuw), Calvariegroep (aan de oostelijke muur van het schip), Christusbeeld (hout, eerste kwart van de 18de eeuw), Madonna en Kind (hout, 1600), Sint-Jozef en Kind (hout, tweede helft van de 18de eeuw). Reliëfsporen op de sluitmuur van het koor. Sacrarium aan zuidmuur van het koor. Gebeeldhouwde kraagsteentjes en fragmenten uit slopingsmateriaal. Biechtstoel van de 18de eeuw. Herinneringskruis (zuidgevel) van Jan Frans Vonck, een der progressieve kopstukken van de Brabantse omwenteling (Baardegem, 1743 - Rijsel, 1792). Grafplaat van de Familie Vonck, tegen koorsluiting.

  • DHANENS E., Aanwijzende fotografische inventaris van het Belgisch patrimonium voor kunst en geschiedenis, Canton Aalst, Archives centrales et laboratoires, Brussel, 1950, p. 9.
  • LEMAIRE R.M., Persoonlijke notities.
  • VAN DEN ABEELE-BELLON R., Korte historiek van de St.-Margarethakerk en Catalogus van haar mooiste kunstschatten, in Toerisme in Oost-Vlaanderen, XXI, 1972/6, p. 111 -113.

Bron: D'HUYVETTER C., DE LONGIE B. & EEMAN M. met medewerking van LINTERS A. 1978: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Aalst, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 5n1 (A-G), Brussel - Gent.
Auteurs: d'Huyvetter, Clio; de Longie, Bea; Eeman, Michèle
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Margaretha [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/308 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.