erfgoedobject

Landhuis Les Marronniers

bouwkundig element
ID
306764
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306764

Juridische gevolgen

Beschrijving

Les Marronniers is een classicistisch landhuis met bijgebouwen, U-vormig ingeplant en een bijhorend domein. Het werd kort na 1820 gebouwd door Franz Tielemans, geneesheer en oprichter van de Koninklijke Fileharmonie in Leefdaal. De familie Tielemans speelde een vooraanstaande rol in het dorp en bracht verschillende geneesheren en een burgemeester voort. Een andere benaming is Château des Olmes.

Historiek

Het landhuis werd gebouwd op de plaats waar eeuwenlang het Hof van Schollenberg, een leengoed van de heren van Leefdaal, stond. Dit hof staat aangeduid op de Ferrariskaart (1770-1778).

Franz Tielemans vestigde zich in Leefdaal in 1820. Het bouwjaar van het landhuis kan kort daarna gesitueerd worden. Franz Tielemans was afkomstig uit Sterrebeek en de eerste gediplomeerde geneesheer in het dorp. Op het primitief kadaster (1830) en op de Atlas der Buurtwegen (1841) kan men zien dat Les Marronniers bestond uit twee losstaande gebouwen, ingeplant in een L-vorm, meer bepaald het huidige hoofdgebouw en het oostelijke bijgebouw. Ten oosten van Les Marronniers bevond zich een ander gesloten complex van gelijkaardige grootte, dat niet in eigendom was van de familie Tielemans. Dit perceel maakt op het moment van inventarisatie ook deel uit van het domein.

In 1852 liet Franz Tielemans un bâtiment rural (het westelijke bijgebouw) optrekken, zodat een U-vormige inplanting ontstond. In het kadaster van 1880 ziet men dat Joannes Ludovicus Tielemans ondertussen eigenaar van het domein was geworden. Hij kocht een deel van het perceel van zijn buren, ten oosten van Les Marronniers. Rond 1900 wilden de erfgenamen Tielemans een luciferfabriek maken van Les Marronniers. Dit werd verhinderd door graaf de Liedekerke, kasteelheer van het kasteel van Leefdaal, gelegen ten noordoosten van Les Marronniers; hij kocht dit laatste aan en werd zo eigenaar van het hele domein. Hij stelde het ter beschikking van opeenvolgende, grotendeels Franstalige, bewoners. In 1893 liet Arthur, graaf de Liedekerke, een grote broeikas bouwen ten oosten van Les Marronniers. In 1908 bouwde hij nog een grote broeikas bij.

Aan Les Marronniers zouden tot de jaren 1940 geen grote verbouwingen gebeuren, aangezien hierover niets staat geregistreerd in het archief van het kadaster. In 1944 werd de tuin van het domein waarschijnlijk opnieuw aangelegd. Achter Les Marronniers bevond zich vanaf dan een boomgaard, ten oosten van de woning een tuin en ten westen een “lusttuin”. Verder bestond het domein uit nog een boomgaard, een tuin, een bos en hooiland. De huidige eigenaar, graaf Amaury de Liedekerke, liet Les Marronniers restaureren.

Beschrijving

Het domein bevindt zich in de A. Devriesestraat, die vertrekt vanaf Boskee en tot Les Maronniers gekasseid is. Ten noordoosten bevindt zich het kasteel van Leefdaal. Het domein van Les Marronniers beslaat verschillende percelen die in het noorden begrensd worden door de A. Devriesestraat, in het oosten grosso modo door de Kasteeldreef, Voetweg 59, in het zuiden door Voerwegje, Voetweg 58, en in het westen door een bebost gebied. Het domein is gedeeltelijk ommuurd. De bakstenen muur bevindt zich aan de noord- en noordoostzijde van het perceel en men kan er verschillende bouwfases in waarnemen. De drie toegangen tot het domein bevinden zich aan de A. Devriesestraat.

Het landhuis ligt in het noorden van het domein, evenwijdig aan de A. Devriesestraat en wordt vooraf gegaan door een binnenplaats met  ten oosten en ten westen ervan de twee bijgebouwen die met het landhuis zijn verbonden. Samen hebben deze gebouwen een U-vormige inplanting. Een smeedijzeren poort sluit de binnenplaats af langs de straat. Ten oosten hiervan, bevindt zich een tweede ingang in de vorm van een rechthoekige houten poort onder zadeldak. Nabij de oostgrens van de ommuring bevindt zich de derde toegang, een dubbele houten deur met ontlastingsboog en latei van blauwe hardsteen. In de noordoostelijke hoek van het domein kan men een serre en Franse tuin onderscheiden. Ten zuiden hiervan bevindt zich een boomgaard. Ten zuiden van het landhuis bevindt zich grasland, met ten zuiden daarvan een vijver. Het zuidwesten en het westen van het domein zijn bebost.

Het landhuis is een dubbelhuis met vijf traveeën en tweeënhalve bouwlaag onder leien schilddak, waarvan de nok evenwijdig staat met de weg. Het dakvenster langs de voorzijde is later toegevoegd. De woning is opgebouwd uit rode verankerde baksteen en de plint is gecementeerd. Oorspronkelijk waren de lijstgevels bepleisterd en witgeschilderd. De lijstgevels zijn afgelijnd met een geprofileerde houten kroonlijst. Alle muuropeningen zijn rechthoekig. De beluikte vensters, vier op het gelijkvloers en vijf op de verdieping, hebben een hardstenen lekdrempel en latei en een bakstenen ontlastingsboog. Vlak onder de kroonlijst bevinden zich kleine rechthoekige zoldervensters. De rechthoekige centrale deur heeft een vernieuwde hardstenen omlijsting. Al het schrijnwerk is vervangen. Alle houten elementen van de muuropeningen van het landhuis zijn lichtgrijs geschilderd.

De achtergevel van de woning is quasi een kopie van de voorzijde, enkel de luiken en deur zijn anders. De houten achterdeur heeft een bovenlicht en rechthoekig venster met smeedijzerwerk. Op oude postkaarten van de achtergevel van Les Marronniers kan men zien dat de restauratie getrouw is uitgevoerd. Het opvallendste verschil met het moment van inventarisatie is dat de woning toen bepleisterd was. De plint was bezet in een andere kleur of materiaal en kwam tot onder de vensters. Oorspronkelijk had de woning niet één maar twee schoorstenen. De oostelijke zijgevel is blind en het uitzicht van de westelijke zijgevel is niet gekend.

De bijgebouwen, die mogelijk onder meer dienst deden als koetshuis, zijn verbonden met het landhuis door gemetste rondbogen. Het oostelijk bijgebouw staat, net zoals het landhuis, al afgebeeld op het primitief kadaster (1830). Het heeft een rechthoekig grondplan, vier traveeën en één bouwlaag onder een leien zadeldak met recent ingebrachte dakvlakvensters. Het bijgebouw is eveneens opgebouwd uit rode verankerde baksteen en heeft een lage gecementeerde plint. De voorgevel bevindt zich in het westen, aan de zijde van de koer. Dit bijgebouw heeft een rechthoekige houten deur met latei, bovenlicht en bakstenen rollaag. Daarnaast bevonden zich in een vorige bouwfase drie steekboogvormige poorten, die geheel of gedeeltelijk zijn dichtgemetst. De middelste poort is volledig dichtgemetseld en op het moment van inventarisatie gedecoreerd met een klimplant. Links en rechts hiervan bevindt zich in het midden een rechthoekige houten deur met latei en bovenlicht. De meest noordelijke deur heeft natuurstenen negblokken. Het kleine rechthoekige venster in de noordelijke zijgevel heeft een bakstenen rollaag, houtenluik, dorpel en latei van blauwe hardsteen. Het uitzicht van de achtergevel en de zuidelijke zijgevel is niet gekend.

Het westelijk bijgebouw werd aan het domein toegevoegd in 1852 als un bâtiment rural. Het heeft een rechthoekig grondplan, drie traveeën en één bouwlaag onder een leien zadeldak met schoorsteen. Ook dit bijgebouw is opgetrokken uit rode verankerde baksteen en heeft een lage gecementeerde plint. De oostelijke voorgevel heeft een steekboogvormige houten poort met bakstenen rollaag. Daarnaast bevonden zich mogelijk twee steekboogvormige poorten, eveneens met bakstenen rollaag. Deze zijn gedeeltelijk dichtgemetseld. In het midden hiervan bevindt zich een rechthoekige houten deur met latei. Op deze noordelijke zijgevel ziet men een klein rechthoekig venster met latei en dorpel van blauwe hardsteen. Het uitzicht van de achtergevel en de zuidelijke zijgevel is niet gekend. Alle houten elementen van de muuropeningen van de bijgebouwen zijn, net als deze van het landhuis, lichtgrijs geschilderd.

Het domein met landhuis heeft een historische en artistieke waarde. Les Marronniers heeft een grote ensemblewaarde en contextwaarde omwille van zijn ligging aan het gekasseide deel van de straat in een verder grotendeels onbebouwd gebied. Het landhuis heeft ook een grote herkenbaarheid en is representatief voor de groeiende macht van de burgerij in de 19de eeuw.

  • Documentatiecentrum 'De Pastorij', Erfgoedkamer Bertem.
  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Mutatieschetsen en bijhorende mutatiestaten Bertem, afdeling III (Leefdaal), 1853/9, 1864/8, 1880/9, 1894/8, 1908/9, 1944/23, 1947/14 en 1983/33.
  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Primitief kadaster Bertem, afdeling III (Leefdaal), sectie B, 1830.
  • BRUMANGE W. 1999: Leefdaal 1780-1855: de moeilijke geboorte van een nieuwe tijd, Belgisch Centrum voor Landelijke Geschiedenis 121, Leuven.
  • S.N. 2018: Erfgoedinventaris, Gemeente Bertem, Bertem, brochure.

Auteurs: Van Meerbeeck, Nina
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Landhuis Les Marronniers [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/306764 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.