erfgoedobject

Ensemble van acht burgerhuizen in neoclassicistische stijl

bouwkundig element
ID
304104
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/304104

Juridische gevolgen

Beschrijving

Ensemble van acht burgerhuizen in neoclassicistische stijl, kort na elkaar gebouwd naar ontwerpen door de architect Louis Wagemans uit 1904-1905. Opdrachtgever van op één na alle panden was baron Gustave de Senzeille (Gent, 1824-1906), weduwnaar van gravin Jeanne de Robiano (1835-1900) en kasteelheer van het chateau de Fontaine in Anthée (provincie Namen), die kort na de voltooiing van het vastgoedproject zonder nageslacht overleed. Als eerste werd in 1904 het geheel van drie gekoppelde panden op nummers 48-52 opgetrokken; in 1905 volgden de twee aan twee gekoppelde panden op nummers 38-40 en 44-46. De bouwaanvragen werden in naam van de baron ingediend door zijn zaakgelastigde de heer De Wit, die voor eigen rekening in 1905 als laatste het pand op nummer 42 liet bouwen. Het vastgoedproject behoort tot het late oeuvre van architect Wagemans, van wie in Antwerpen een beperkt aantal bouwprojecten werden teruggevonden uit de jaren 1880 tot 1907. Het betreft vrijwel uitsluitend burgerhuizen in conventionele neoclassicistische stijl.

Met een gevelbreedte van elk drie traveeën, omvatten de rijwoningen een souterrain en drie bouwlagen onder een zadeldak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevels met schijnvoegen op de begane grond, rusten op een geblokte plint uit blauwe hardsteen. Horizontaal geleed door waterlijsten en kordonvormende lekdrempels, beantwoorden de opstanden aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige, getoogde of rondboogopeningen. De compositie legt de klemtoon op de eerste verdieping, die wordt gemarkeerd door balkons, entablementen of een fronton. Verder onderscheiden de nummers 38 tot 46 zich door een rijker stucdecor, dat onder meer uit deur- en vensteromlijstingen, sluitstenen, friezen, rozetten, trigliefconsoles met stafwerk en guttae, cartouches, chutes en guirlandes bestaat. Een klassiek hoofdgestel met houten kroonlijst op klossen, tandlijst en consoles vormt de gevelbeëindiging. Het houten schrijnwerk van de inkomdeuren en vensters is vrijwel integraal bewaard, de voetschrapers zijn overal verdwenen. Van de nummers 38, 40, 44 en 48 is het souterrain verbouwd tot garage; behouden smeedijzeren souterraintralies op nummers 42, 46 en 52.

Nummers 38-40 en 44-46 vormen een symmetrisch geheel van vier rijwoningen, twee aan twee gekoppeld volgens een alternerend spiegelbeeldschema, ingeplant aan weerszij van het nummer 42. Asymmetrisch van opzet, legt de compositie telkens de klemtoon op de zijtraveeën die op de begane grond worden gemarkeerd door een breed korfboogvenster met sluitsteen en balustrade, en op de eerste verdieping door een rondboogtweelicht met colonnet, een booglijst op kraagstenen en een cartouche in het boogveld. De balkons met doorgetrokken balustrade rusten op uitgelengde consoles met maskerkop; entablementen met rolwerkcartouche op korte pilasters accentueren de inkomdeuren.

Nummer 42 beantwoordt aan een axiaal opzet, waarbij het middenvenster van de eerste verdieping wordt gemarkeerd door een balkon met consoles en doorgetrokken balustrade, flankerende pilasters, een entablement en gebroken driehoekig fronton met rolwerkcartouche. Rondboogportaal in kwartholle omlijsting met guirlande en sluitsteen; op begane grond en eerste verdieping vensters in stucomlijsting met sluitsteen, op de tweede verdieping vensternissen met cartouche op de latei en guirlande op de borstwering.

Nummers 48-52 vormen een geheel van drie volgens spiegelbeeldschema gekoppelde rijwoningen. Iets soberder van decor en axiaal van opzet, leggen een entablement en een balkon met postamenten en smeedijzeren borstwering, beide op consoles, de klemtoon op de middenas. Portaal met entablement en bovenlicht.

De plattegronden van de acht rijwoningen beantwoorden aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een hoofdvolume en een smalle achterbouw in entresol bestaat, ontsloten door de zijdelings ingeplante inkom- en traphal.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1904#1899 (nummers 48-52), 1905#268 (nummers 38-40 en 44-46) en 1905#497 (nummer 42).

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Ensemble van acht burgerhuizen in neoclassicistische stijl [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/304104 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.