Eclectische gevelrij met burgerwoningen (nokrichting parallel aan de straat) typerend voor de zogenaamde "wederopbouwstijl". Enerzijds, homogeen geheel ten gevolge van de herhaalde aanwending van dezelfde "traditionele" bouwonderdelen ontleend aan gotiek en lokale renaissancestijl, en de vergelijkbare materiaalkeuze zijnde baksteenbouw verlevendigd met simili- en/of Euvillesteen op plint van arduin of Atrechtse zandsteen. Anderzijds, individueel uitgewerkte gevels al of niet volgens eenheidsconcept, gekarakteriseerd door de verschillende verwerking van vermelde soortgelijke elementen.
Nummer 4-6: spiegelbeeldschema van twee trapgevels met typerende Brugse travee op de bovenverdieping en eenvoudig bakstenen traceerwerk in de boogvelden van kruis- en bolkozijnen.
Nummer 8: trapgevel waarvan eerste en tweede bouwlaag geritmeerd door Brugse travee, met metselmozaïek op de borstwering, ook aanwezig in de boogvelden van de zoldervensters. Typerend gebruik van glas in lood voor de ramen, en van gestileerd ijzerwerk zie vensterleuningen, geajoureerde deur waarvan het bovenlicht verfraaid met gesmeed ijzeren rankwerk van eikelbladeren, en het topstuk van de geveltop.
Nummer 10-16: spiegelbeeldschema van enkelhuizen; niet gedateerde en onduidelijk gesigneerde bouwaanvraag. Een brede, hoge trapgevel (nummer 12, 14) omwille van zijn ligging fungerend als visuele afsluiting van de Cartonstraat, tussen twee lagere lijstgevels. Trapgevel geritmeerd door Brugse travee met borstweringen en boogveld in vis- of ruitvormig metselverband. Rechthoekige vensters, echter rondbogig met druiplijst op de begane grond van de lijstgevels zie gelijksoortige deuren ook aanwezig bij de trapgevel.