erfgoedobject

Meergezinswoning Schelfhout

bouwkundig element
ID
302594
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302594

Juridische gevolgen

Beschrijving

Modernistisch flatgebouw, in 1936 als opbrengstpand gebouwd in opdracht van Maria (Leonie) Schelfhout, echtgenote van Maurice De Wachter, naar een ontwerp van architect André Verbeke uit 1935.

Architect André Verbeke, in 1935 gevestigd in de Prins-Albertstraat 12 te Sint-Niklaas, was tijdens het interbellum vooral actief in Sint-Niklaas en omgeving waar hij net als Marc Neerman en Joseph Van Coillie werkt in een orthogonale, kubistische stijl zonder dogmatisch functioneel te willen zijn. In de jaren 1930 evolueert het oeuvre van Verbeke van een romantisch kubistische stijl naar een meer zakelijke stijl. Het flatgebouw aan de Beschavingstraat past in deze stijlevolutie. Opmerkelijk, André Verbeke behaalde in 1932 met een ontwerp voor een Marathon Park een bronzen medaille in de categorie Mixed Architecture, Designs For Town Planning in de kunstcompetitie van de Olympische Spelen van Los Angeles, vóór architect en landgenoot Joseph Louis Stynen.

Exterieur

Het gebouw, 9 meter breed en 14 meter hoog, is opgericht aan de rooilijn op een rechthoekig en achteraan afgeschuind perceel, en heeft een kleine stadstuin. Aansluitend bij de vier bouwlagen hoge bebouwing aan de hoek van de Camille Huysmanslaan, omvat het flatgebouw vier appartementen, één per bouwlaag. Van de constructie zijn de vloerplaten uitgevoerd in gewapend beton terwijl het muurwerk in baksteen is opgetrokken.

Sober van opvatting telt de meergezinswoning twee ongelijke traveeën en vier bouwlagen, onder een platte bedaking. De lijstgevel heeft een parement uit bezande gele Belvédèresteen in halfsteens verband met dieperliggende grijze lintvoegen in combinatie met platvolle gele stootvoegen (Dudokvoeg), dragend op een als sokkel uitgewerkte begane grond in witte natuursteen met plint in blauwe hardsteen. Kenmerkend voor de gevelcompositie is de gearticuleerde bovenbouw met brede vensteropeningen en een sterk vooruitspringend risaliet in de rechter travee, dragend op een witstenen sokkel met toegang aan rechterzijde. De gevelopbouw veruitwendigt de zijdelings ingeplante traphal en woonvertrekken aan de straatzijde.

De hoog geplaatste vensteropeningen, die de verhoogde begane grond articuleren, en de verdiept aangebrachte toegangsdeur met vol paneel, geven het gelijkvloers een besloten karakter. Links een breed vensterregister bestaande uit een vier- en drieledig raam met doorlopende lekdrempel, gescheiden door een vensterpost in witte steen. Contrasterend omlijst in blauwe hardsteen, is het lage portaal rechts getrapt terugwijkend ingedeeld met de toegangsdeur en een zijdelingse post voor de brievengleuven. Een geprofileerde puilijst in witte natuursteen, lager uitgewerkt ter hoogte van het inkomportaal, belijnt de begane grond. Tussen puilijst en portaal is de witstenen bekleding opengewerkt met een groot bovenlicht.

Elke verdieping van de bovenbouw is identiek opgebouwd, met een strakke, massieve opbouw die contrasteert met de meer gedetailleerde aanpak van de begane grond. Het risaliet rechts in de bovenbouw bestaat uit oplopende erkers, op elk niveau aansluitend op een balkon. Erkers en balkons zijn horizontaliserend opgevat met doorlopende bakstenen borstwering, waarvan de kuip homogeen is afgewerkt in baksteen beëindigd met rollaag aan straatzijde. De geheel onversierde linker travee is ingedeeld met brede, boven elkaar staande vierlichten, die de horizontale belijning van het rechter risaliet verderzetten. Dit horizontale streven wordt nog versterkt door de ver uitkragende en geprofileerde houten daklijst en door het gebruik van een gevelbreed doorlopende lekdrempel in witte natuursteen, die de voor de rest nadrukkelijk gescheiden traveeën verbindt.

De achtergevel met parement in papesteen vertoont een tweedelige opbouw met aan de rechterzijde een horizontaliserende ritmering met keukenbalkons. Aan de linkerzijde voorziet Verbeke een benadrukte, terugwijkende inkomtravee met doorlopend traplicht boven de toegangsdeur naar de tuin.

Het originele houten vensterschrijnwerk is vervangen door schrijnwerk in pvc, waarbij de oorspronkelijke raamverdeling en positionering van vaste en scharnierende delen grotendeels werd overgenomen. Bewaard bleven de vlakke voordeur met massieve kruk en het bovenlicht voorzien van gehamerd glas.

Interieur

Op elke bouwlaag hebben de appartementen eenzelfde indeling: de verticale circulatie is geconcentreerd in een klein trappenhuis aan de achterkant van de woning tegen de rechterzijgevel, waardoor de leefruimtes ruim plaats krijgen en zo goed als de volledige perceelsgrootte innemen.

Op de begane grond komt men binnen in een smalle, zijdelings ingeplante gang die leidt naar de traphal met bordestrap tegen de achtergevel. Een doorlopend vensterregister, uitgevend op de tuin, zorgt voor een goed verlichte traphal.

Het kelderniveau, waarvan het plafond ongeveer een halve meter boven de straatpas ligt, is toegankelijk vanuit de inkomhal via een lange flauwe betonnen helling of vanaf de koer via een korte trap onder de traphal. De kelder strekt zich uit onder het volledige gebouw, en omvat een open hal onderaan de helling en trap, een gemeenschappelijke bergplaats met een goederenlift ter bediening van de vier keukens in het gebouw, vier kolenkelders aan de straatzijde, en vier spijzenkelders waarvan er drie met een dubbel raam uitgeven op een smalle bijkelder die slechts de verluchting en verlichting van de hoofdkelder als functie heeft.

In elk van de appartementen leidt de traphal naar een ongewoon ruime rechthoekige hal die het centrum vormt van elk appartement. De aansluitende badkamer zit eveneens op het middenplan. Aan straatzijde plant de architect een doorlopende suite van woonkamer en zitkamer/slaapkamer gescheiden door een rondboogarcade. Aan de tuinzijde bevinden zich een slaapkamer en een keuken waarbij een overdekt terras met betonnen balustrade aansluit. Op het terras, toegankelijk via de keuken, bevinden zich een toiletruimte en een bergkast. Het gelijkvloerse appartement heeft met een korte trap toegang tot een lagergelegen koer in betontegels en een kleine tuin.

Kleine vierkante keramische tegels (type Winckelmans) worden doorheen het gebouw aangewend voor de bekleding van keukenvloeren, terrasvloeren en schouwmantels. In minstens één keuken bleef deze bevloering bewaard. Terra nova is gebruikt voor de bezetting van de terrasborstweringen in simili natuursteen. Het appartement op de derde verdieping was oorspronkelijk voorzien van lichtstraten over de gehele breedte van woonkamer en zitkamer, over de breedte van de hal, en over de lengte van de slaapkamer. De lichtstraten zijn heden verwijderd en vervangen door een bitumendak.

  • Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossier, 18#4066.
  • DEMEY A. 1998: Art Deco in Sint-Niklaas, Gent.
  • LEVINSON D.M. & KRIZEK K.J. 2008: Planning for Place and Plexus. Metropolitan land use and transport, New York, 247.

Auteurs: Van den Borne, Steven; Bisschops, Tim
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Meergezinswoning Schelfhout [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302594 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.