erfgoedobject

Stadsvlinder, woning Sels

bouwkundig element
ID
302462
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302462

Juridische gevolgen

Beschrijving

Historiek en context

Eengezinswoning met autonome studio, naar een ontwerp door de architect Jo Crepain uit 1986-1988, uitgevoerd in 1988-1989. Opdrachtgever was het echtpaar J. Sels-Verhaegen, een gezin met drie kinderen en een inwonende grootmoeder. De naam "Stadsvlinder" ontstond pas achteraf, ingegeven door het uitzicht van de gevel: een vleugel met ogen op vijf hoge poten.

Het gezin Sels, dat zijn villa in Kapellen plande in te ruilen voor een woning in de Antwerpse binnenstad, verwierf daartoe een vervallen, niet meer te restaureren traditioneel pand en een aanpalend perceel stadsgrond in het Sint-Andrieskwartier. Aangetrokken door de woning Roels uit 1973-1974, werd voor het ontwerp van een nieuwbouwwoning in 1986 Jo Crepain geëngageerd. De plannen kwamen via achttien voorontwerpen, in een tijdspanne van twee jaar tot stand. Een eerste bouwaanvraag ingediend in februari 1987, kreeg op basis van een aangepast ontwerp uit juni van dat jaar, in november een bouwvergunning. Vervolgens teruggetrokken, werd het bouwproject uiteindelijk op basis van een derde versie uit mei 1988, in juni van dat jaar vergund. De belangrijkste wijziging tussen beide ontwerpversies, betrof de inplanting van de keuken, en de reductie van het volume van de tweede verdieping voor een extra dakterras.

De woning Sels, was de eerst opdracht in de vijftienjarige carrière van Jo Crepain, voor een woning in de Antwerpse binnenstad. Het bood hem de kans een rijwoning te ontwikkelen, die de naar eigen zeggen onevenaarbare kwaliteiten zou uitstralen van de 19de-eeuwse burgerwoning. Ingeklemd tussen een laag en een hoog volume, legden de bouwvoorschriften voor het perceel het aansluiten bij één van beide kroonlijsten op, het benadrukken van de verticaliteit in de compositie, een hellend dak, en verder het gebruik van baksteen, dakpannen en een verbod op aluminium schrijnwerk. Zonder hier veel rekening mee te houden, liet de architect het gebouw op beide kroonlijsten aansluiten. Daarbij maakte de gebogen, met zink beklede dakstructuur, in een sierlijke, beeldbepalende, curve de overgang tussen beide. In plaats van de opgelegde baksteen, koos Crepain voor roze en grijze betonstenen, een bouwmateriaal dat hij al vanaf zijn vroegste projecten veelvuldig gebruikte, hier in combinatie met gemoffeld aluminium schrijnwerk. Op vraag van de bouwheer voorzag de architect ruime, getrapte terrassen aan de achtergevel, die het verlies van de vroegere villatuin moesten helpen compenseren. Van het bestaande gebouw bleef enkel de met een tongewelf overspannen kelder bewaard.

Het ontwerp bevindt zich op het spanningsveld dat in deze fase van Crepain's loopbaan opborrelt, tussen enerzijds een streven naar een neutrale, zich wegcijferende architectuur, en anderzijds een blijvende hunker naar projecten met een gezicht of Gestalt. Het ontwerp van de woning Sels appelleert duidelijk aan dit laatste, maar laat ook een versobering ten opzichte van de projecten uit voorgaande jaren zien. Het nadrukkelijk postmodernistische jargon van de woning De Wachter of de Roze Tempel uit 1982-1984 te ’s Gravenwezel, of de met de Premio Internazionale di Architettura Andrea Palladio bekroonde woning met tandartspraktijk Syssens uit 1983-1985 te Brasschaat, blijft hier nagenoeg achterwege. Bepalend voor het 'witte' interieur is de inkom- en traphal, die als een vide met bovenlicht tot in het dak is doorgetrokken. Geïnspireerd door Victor Horta, transformeert de trap geleidelijk van breed en uitnodigend naar klein en afwerend. Gestructureerd volgens het principe van de 'promenade architectural', geeft de trap zo de verschillen in intimiteitsgraad aan tussen de diverse ruimtes van de woning.

Architectuur

Met een gevelbreedte van 8,39 m verdeeld over vier gelijke traveeën, omvat het gebouw vier bouwlagen onder een met zink bekleed boogdak. Voor- en achtergevel zijn opgetrokken uit roze en grijze betonsteen, in combinatie met witgemoffeld aluminium schrijnwerk. De pui van de voorgevel is volledig opengewerkt voor het portaal met een bovenlicht dat doorloopt in de eerste verdieping, en de garage met een sectionaalpoort, waarvan het horizontale lamellenpatroon is doorgetrokken in de inkomdeur. De twee bovenverdieping worden verticaal geritmeerd door slanke, verticaal oplopende lisenen, waarbinnen de vensterregisters geïntegreerd zijn. Twee gesuperposeerde ronde oculi en een carré van verluchtingskokers doorbreken de geveltop, die de vorm aanneemt van een uitgelengd cirkelkwadrant. De tuingevel beantwoordt aan een getrapte opbouw, gemarkeerd door sterk begroende terrassen, maar herhaalt verder het compositieschema van de voorgevel, met grotere transparantie door deurvensters, en op de begane grond een bow-window met drie deurvensters tussen zijlichten.

De plattegrond van de gelijkvloerse verdieping wordt vooraan ingenomen door de garage en de inkomhal, vanwaar een hellingbaan in boogvorm aftakt naar de lager gelegen studio. Deze laatste bestaat uit een T-vormige zit- en eetkamer met naai- en slaaphoek palend aan het terras op tuinniveau, en in de hoeken een afgeschermde keuken en badkamer. Vanuit de inkomhal leidt een brede steektrap naar de bel-etage, die door de haard en een niveauverschil wordt opgedeeld in een zithoek met lage en een eethoek met hoge zoldering. Bij de eethoek sluit de keuken aan, afgeschermd door een wandkast met postmodernistisch fronton, en het geheel grenst aan het gevelbrede eerste dakterras. Een spiltrap ontsluit vervolgens de bovenverdiepingen, met op de eerste de slaapkamer annex badkamer van de ouders en het tweede gevelbreed dakterras. Twee kinderkamers met duplex in de dakhelling en een tweede badkamer nemen de derde verdieping in. Via een centrale, met kastenwanden onderbouwde steektrap is vanaf hier de zolder in de nok van het dak bereikbaar.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 86#87074 en 86#880210.
  • BORKA M. & JANSSENS K. 2003: Jo Crepain Architect '73-'03, Oostkamp, 91-93, 128-129.

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Stadsvlinder, woning Sels [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/302462 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.