Deze als villa vormgegeven burgerwoning in de dorpskern van Berendrecht, is opgetrokken in speelse art-decostijl omstreeks 1931 voor onderwijzer Cornelius-Constantinus Adriaenssens-Heyvaert (°8.1.1905).
Het woonhuis bestaat uit een terugspringende deur- en venstertravee van één bouwlaag, en rechts daarvan een hoger uitgewerkte, vooruitspringende travee met erker. De bakstenen constructie heeft een prominente, uitwaaierende en met leien gedekte mansardeverdieping waarboven een schilddak. Boven de toegang is de mansardeverdieping verlicht door een standvenster. De vooruitspringende travee heeft een twee bouwlagen hoge erker met leien dak, en is bekroond door een zadeldak met in de geveltop een met baksteen omlijste oculus. Tegen de westelijke zijgevel is later een bakstenen garagepoort aangebouwd met zwart geglazuurde dekstenen.
De plint en de wanden van het bordes zijn bekleed met een wit geschilderde cementpleister met imitatievoegen. Tussen de geprofileerde bakstenen rondboogopeningen is een doorlopende muizentandfries gemetseld. De vensteropeningen hebben groen geglazuurde dorpels. Behoudens de ontverfde en beglaasde houten toegangsdeur met metalen geometrisch hekwerk, is het schrijnwerk vervangen. De brede, overkragende daklijst is in recente tijden bekleed met pvc.
De met betonklinkers verharde voortuin is afgesloten door het oorspronkelijke, met keramische tegels gedekte bakstenen muurtje.
- Kadasterarchief Antwerpen, 212: Kadastrale legger, Berendrecht, artikelnummer 1673.
- Kadasterarchief Antwerpen, 207: Mutatieschetsen, Berendrecht, 1931.