erfgoedobject

Eclectisch burgerhuis verbouwd tot appartementsgebouw

bouwkundig element
ID
301391
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301391

Juridische gevolgen

Beschrijving

Voormalig burgerhuis in eclectische stijl gebouwd in opdracht van William Ford Schmoele, naar een ontwerp door de architect Ernest Pelgrims uit 1897. Het hotel werd later in opdracht van Henri Mullenders verbouwd en verhoogd tot een complex met vijf appartementen, naar een ontwerp door de architect Jos. Baeyens uit 1930, voltooid in 1931.

De Amerikaanse koopman William Ford Schmoele (Philadelphia, 1847-Antwerpen, 1920) had zich eind 1879 vanuit zijn geboortestad in Antwerpen gevestigd. Hij huwde er in 1890 met Anna De Moor (°Antwerpen, 1870), die in 1891 dochter Julie ter wereld bracht. Zijn firma Wm. F. Schmoele & C° handelde in koloniale waren en vlees. Samen met Alexis Mols (Antwerpen, 1853-Antwerpen, 1923), luitenant-generaal van de Antwerpse 'Garde Civique', was Schmoele sinds 1881 patenthouder van een systeem voor elektrificatie van kerkorgels, dat door grote orgelbouwers als Jean-Emile Kerkhoff, Charles Anneessens en Joseph Merklin werd toegepast. Het hotel Schmoele was uitgerust met een windturbine, die een dynamo aandreef om via accumulatoren energie op te wekken voor elektrische verlichting, allicht destijds een unicum in Antwerpen. Dit zogenaamde 'roue aerienne' met 4,80 m diameter van het merk Aermotor uit Chicago, vooral bekend van Amerikaanse ranches, en geïnstalleerd door de firma Remi Van Sante-Baetens uit Wetteren, bekroonde een vierkante toren midden op het dak van het hotel. Een gelijkaardig exemplaar functioneerde op hetzelfde moment op de Wereldtentoonstelling van 1897 te Brussel.

In 1895, kort vóór het hotel Schmoele, had Ernest Pelgrims zijn eigen woning opgetrokken in de Rembrandtstraat (nummer 17, geveldecor verwijderd). In 1898 volgde het burgerhuis Bleeckx, en in 1899 een kantoorgebouw voor de diamantair Jos. Heydt (nummer 24, gesloopt). Deze gebouwen behoren tot het vroege oeuvre van Ernest Pelgims, die actief was vanaf omstreeks 1890, tot zijn overlijden in 1927. Zijn residentiële architectuur, aanvankelijk in neo-Vlaamserenaissance-stijl of het conventionele neoclassicisme, evolueerde tijdens de jaren vóór de Eerste Wereldoorlog naar een vrij pompeuze beaux-artsstijl. Tot zijn belangrijkste realisaties uit deze periode behoren het hotel Vanden Bussche aan de Arthur Goemaerelei. In zijn landhuizen paste hij op hetzelfde moment de cottagestijl toe, waarvan het imposante kasteel Nottebohm te Brecht als een representatief voorbeeld geldt. Uit het vroege interbellum dateert het monumentale gevelfront van het warenhuis Grand Bazar aan de Groenplaats, dat Pelgrims samen met Edouard Van Opstal ontwierp.

Hotel Schmoele

Het oorspronkelijke hotel met een gevelbreedte van drie traveeën, omvatte een souterrain, drie bouwlagen en een pseudo-mansarde, waarop in het midden een ondiep, gevelbreed attiekpaviljoen met als bekroning de vierkante torenbasis van de windturbine. Pittoresk van karakter werd het gevelfront gemarkeerd door een over twee verdiepingen oplopende, van driezijdig naar gevelbreed evoluerende erkerpartij met sierlijk houtsnijwerk in neorenaissancestijl, bekroond door een bewerkt entablement en een leien bedaking met centrale torenspits tussen dakkapellen en een vorstkam. Deze opstand is tot op de eerste verdieping - met uitzondering van het houtwerk van de erker - integraal bewaard. Voor het geboste parement is witte natuursteen gebruikt in combinatie met roze breuksteen (grès de la Gilleppe) en blauwe hardsteen. Typische elementen zijn de balustrades en sluitstenen van de rechthoekige vensters en deur, de ingesnoerde, halfronde console van de erker op de eerste verdieping, en de uitgelengde hoekconsoles die het erkerplateau van de tweede verdieping ondersteunen. Schrijn- en smeedwerk en de gietijzeren voetschraper zijn nog oorspronkelijk.

Appartementsgebouw

Bij de verbouwing van 1930-1931 werd de complexe bovenbouw vereenvoudigd tot de huidige vier verdiepingen waarvan een terugwijkende attiek. Dit nieuwe volume rijst vanaf het erkerplateau boven de twee behouden bouwlagen op, waarvan het materiaalgebruik werd doorgetrokken. Bepalende elementen zijn de oplopende driezijdige erkerpartij, de flankerende pilasters en en de smeedijzeren borstweringen. De appartementen die telkens een volledige verdieping beslaan, werden waar mogelijk geïntegreerd in de bestaande plattegrond en ruimte-indeling, met toevoeging van een volledig nieuwe achterbouw, en een traphal met lift met ‘monte charge’. De vijf flats bestaan uit een grote slaapkamer over de volledige breedte van de straatzijde, een hal en badkamer in de middenzone, een suite van eetkamer en salon met terras, de keuken en een tweede slaapkamer aan de tuinzijde. Op de attiek bevinden zich vijf meidenkamers.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1897#791 (hotel Schmoele), 1930#37896 (appartementsgebouw Mullenders), 1895#1285 (architectenwoning Pelgrims), 1898#1597 en 1899#225 (kantoorgebouw Heydt); vreemdelingendossier 481#50831.

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Eclectisch burgerhuis verbouwd tot appartementsgebouw [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301391 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.