erfgoedobject

Domein Hagaard

bouwkundig / landschappelijk element
ID
301254
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301254

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Domein Hagaard
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Landhuis in cottagestijl uit het begin van de 20ste eeuw naar ontwerp van architect Arthur Verhelle (1865-1951) en gelegen in een groot landschappelijk park naar ontwerp van landschapsarchitect Jules Buyssens (1872-1958). Het domein is gelegen ten zuidwesten van het centrum van Overijse tussen Hagaard en de autosnelweg E411. Aan Hagaard bevinden zich nog een eind 19de-eeuws bijgebouw (nummer 8) en een modelhoeve uit het interbellum (nummer 30-30A).

Het landhuis is een rijkelijk uitgewerkt voorbeeld van een buitenverblijf in de rand rond Brussel, opgericht door de gegoede burgerij, gedreven door de stadsvlucht begin 20ste eeuw. Het landhuis werd opgericht in de gangbare stijl van het ogenblik, de cottage.

Historiek

Het huidige domein was in de 18de eeuw nog grotendeels bebost door het "Bois d’Agar", later "Heygaert Bosch" of Hagaardbos. Centraal in dit bos waren een aantal percelen ontgonnen en stond het hof te Beverieren, in eigendom van de abdij van Terkameren (Verbesselt). Volgens de Ferrariskaart (circa 1770-1778) stond de hoeve (?) ongeveer op de locatie van het huidige landhuis en er liep ook een weg vanop Hagaard die min of meer het zelfde tracé volgde als de huidige toegangsdreef.

Het gebouw is niet meer aangeduid op het primitief kadaster circa 1825 en heel de 19de eeuw bleven de gronden onbebouwd (uitgezonderd de dienstwoning aan Hagaard). Begin 20ste eeuw zal hier het huidige landhuis gebouwd worden in eigendom van Charles Alexandre Louis Graux (op het kadaster genoteerd als Charles Louis A. Graux – Vautier), minister van staat. In 1908 is de bouw volop aan de gang toen er een foto genomen werd waarop de architect Arthur Verhelle, landschapsarchitect Jules Buyssens en de werklieden geportretteerd werden voor de toegang van het landhuis in opbouw. De werken werden uitgevoerd door Segraive. In 1910 werd het "Chateau" met een remise, een aangebouwde woning en een serre geregistreerd in het kadaster - in dat jaar sterft Graux.

Tijdens of vlak na de oorlog koopt Emile Francqui, minister van staat, het domein. De oudste bomen in het park zouden dateren van bij de verdere aanleg van het park in 1919. Volgens de literatuur liet Francqui het beheer van het landhuis over aan zijn broer Jules.

In 1929 liet Emile Francqui aan Hagaard (nummers 30-30A) een modelhoeve bouwen. Hij startte er een moderne varkenskwekerij. De hoeve werd later door zijn zoon, Jacques Francqui, omgebouwd tot een grote "fermette". De portierswoning (?), nummer 8, was al aanwezig voor de bouw van het landhuis begin 20ste eeuw. Deze woning, met cottagereminiscenties dateert uit de tweede helft van de 19de eeuw en kwam ook in handen van Emile Francquin begin 20ste eeuw. Een eerste woning op deze locatie werd in 1853 geregistreerd in eigendom van Henri – Joseph Verheyden, "marchand de vins" uit Brussel. In 1881 werd er op het kadaster een totale reconstructie opgetekend in eigendom van Jean – Baptiste Thielemans – Puyts.

Beschrijving

Het domein kon niet bezocht worden en werd beschreven aan de hand van beschikbaar fotomateriaal en kaarten. Het beboste park omvat centraal een groot cottagelandhuis gelegen op een heuvel. Ten zuidwesten van het landhuis staat een bijgebouw met hiernaast een geometrische (moes)tuin. Mogelijk gaat het hier om een hovenierswoning of koetshuis met stallen, geregistreerd in 1908 als "remise" en woning. Ten oosten tegen de Hagaard ligt de voormalige modelhoeve uit het interbellum. Tot slot ligt er bij de toegang tot het park ten noordoosten aan Hagaard een voormalige eind 19de-eeuwse woning, die mogelijk gebruikt werd als conciërgewoning sinds de oprichting van het landhuis.

Landhuis

Onderkelderde bakstenen villa van twee bouwlagen onder een complexe leien bedaking met dakvensters en dakkapellen. De sterk verspringende volumes en de grote mate van decoratieve uitwerking van het landhuis zijn eigen aan de cottagestijl. De volumewerking werd onder andere verkregen door de als risaliet uitgewerkte puntgevels, verschillende erkers, al dan niet met bekronend balkon, en een rond torenvolume. Voor de detaillering werd er gebruik gemaakt van witte zandsteen (?) voor onder meer hoekbanden, omlijstingen en waterlijsten en van decoratief verwerkt baksteenmetselwerk onder meer in de boogvelden. Nog kenmerkend voor de cottagestijl zijn het pseudostijl- en regelwerk met witgeschilderde velden in de puntgevels. De muuropeningen zijn gevarieerd, opvallend zijn de gekoppelde muuropeningen met bovenlicht en tussenstijlen. Het dak telt enkele decoratief uitgewerkte schouwen.

Modelhoeve

Ten oosten tegen de Hagaard neotraditioneel complex in U-vorm (nummers 30-30A), vandaag verbouwd tot woningen. Het gaat om bakstenen gebouwen opgesteld in U-vorm onder geknikte pannen schilddaken met dakkapellen. De gebouwen hebben rechthoekige en rondboogvormige muuropeningen en zijn sober uitgewerkt met enkele elementen verwijzend naar de traditionele architectuur zoals muurvlechtingen en steigergaten met natuurstenen omlijstingen.

Conciërgewoning

De conciërgewoning (?) (nummer 8) is gelegen naast de toegangsdreef aan Hagaard. Het gaat om een witgeschilderde verankerde bakstenen woning onder een pannen bedaking. Rechthoekige beluikte muuropeningen.

Park

Lange toegangsdreef vertrekkend ten noordoosten vanop Hagaard naast de portierswoning. Afgesloten met een vernieuwd ijzeren hekken. Bij de start van de toegangsdreef staan aan beide zijden van de dreef twee hardstenen obeliskvormige palen, bekroond met bol en verbonden met een ijzeren ketting. Het nieuw aangelegde park is zichtbaar op de topografische kaart van 1924. De aanleg in landschappelijke stijl met grote ellipsvormige en slingerende paden vertrekkend vanuit het landhuis is vandaag nog aanwezig. Rond het landhuis is een recente tuin aangelegd met cirkelvormen die worden doorbroken voor vergezichten. Ten noordwesten in het dal grote ellipsvormige vijver zichtbaar vanuit het landhuis.

  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, mutatieschetsen en bijhorende mutatiestaten Overijse, afdeling VI (Overijse), 1853/88, 1881/26 en 1910/93.
  • Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden voor Zijn Koninklijke Hoogheid de Hertog Karel Alexander van Lotharingen, Jozef Jean François de Ferraris, Koninklijke Bibliotheek van België, uitgegeven in 1770-1778, schaal 1:11.520 herleid naar 1:25.000.
  • Topografische kaarten van België, Herziening derde editie, Militair Cartografisch Instituut, uitgegeven in 1900-1930, schaal 1:20.000.
  • MIHAIL B. 2003: Verhelle, Arthur, in: Van Loo, A. (red.): Repertorium van de architectuur in België van 1830 tot heden, Antwerpen, 592.
  • VERBESSELT J. s.d.: Tussen Zenne en Dijle VII, Het parochiewezen in Brabant tot het einde van de 13e eeuw, deel XVII, Tielt, 70-77.
  • DE BOECK I. 2000: Emile Francqui. Ongekroond staatshoofd, 20e Bijdrage tot de geschiedenis van IJse-, Lane- en Dijleland, Overijse.
  • STROOBANTS F. 2001: Overijse in de twintigste eeuw in prentkaarten, Bijdrage XXI tot de Geschiedenis van IJse-, Lane-, en Dijleland, Overijse, 71.

Auteurs: Verwinnen, Katrien
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Domein Hagaard [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/301254 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.