erfgoedobject

Gasthuis Sint-Barbaradal en grauwzusterklooster

bouwkundig element
ID
21900
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/21900

Juridische gevolgen

Beschrijving

HISTORIEK

Gasthuis en klooster der cel- of grauwzusters, gesticht in 1626 door Herman Vander Rijst, pastoor van het begijnhof, met als doel het verplegen der pestlijders. Oorspronkelijk verbleven de zusters in het pesthuis; van 1663 tot 1666, werd onder priorin Clara Bisschoppen (. 1674) op die plaats de eerste kloostervleugel opgetrokken; van 1667 tot 1668 volgde de bouw van de kapel; het geheel werd in 1683 en 1711 door de stad ommuurd.

In 1796, tijdens de Franse bezetting, werd de kloostergemeenschap ontbonden en diende het gebouw als kazerne, om van 1805 tot 1824 opnieuw als hospitaal te dienen.

Sinds 1824 opnieuw bediend door de grauwzusters; de zusters verbleven echter in het zogenaade huis De Pasteye aan de Minderbroedersstraat; van 1866 tot 1871 werd het hospitaal uitgebreid met een monumentale vleugel aan de promenade, naar ontwerp van architect L. Jaminé, en met de schenking van het oude slachthuis op de rechter Demeroever; in 1931 werd een nieuwe vleugel aan de Thonissenlaan bijgebouwd. Bij een bombardement in 1944 ging de kapel verloren.

BESCHRIJVING

Het complex in zijn huidige vorm is gelegen tussen de Gasthuisstraat, de Kattegatstraat en de Thonissenlaan. Van het oorspronkelijk klooster bleven alleen twee parallelle vleugels bewaard, haaks op de Kattegatstraat, en de noordvleugel met de voorgevel aan de Gasthuisstraat.

De zuidvleugel, in Maasstijl, is de oudste en best bewaarde; hij telt elf traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (kunstleien) met oostelijk schild, en is door middel van muurankers in de zuidgevel gedateerd AO 1664. Bakstenen gebouw met smeedijzeren muurankers, afgelijnd met mergelstenen hoekbanden. Op de benedenverdieping voormalige kruiskozijnen van kalksteen, waarvan nog één bewaard, met negblokken en geprofileerde sponning in het benedengedeelte; de dorpels zijn verbonden door middel van mergelstenen banden; op de bovenverdieping, mergelstenen bolkozijnen met geprofileerde neg en negblokken, de dorpels eveneens door banden verbonden; dubbele ontlastingsboogjes van een rollaag en een platte laag. Geprofileerde mergelstenen kroonlijst boven een rechte, bakstenen muizentandfries.

De noordgevel is witgekalkt en voorzien van smeedijzeren muurankers; op een bolkozijn na (confer zuidgevel), aangepaste muuropeningen (tweede helft 19de eeuw), rondboogvormig op de benedenverdieping, kleine getoogde vensters op de bovenverdieping. Bakstenen kroonlijst van een overhoekse en een rechte muizentandfries.

De zijgevel is voorzien van muurankers en mergelstenen banden; klein venster van mergelsteen met geprofileerde neg en negblokken.

De noordvleugel telt tien traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (kunstleien) met oostelijk schild en recente dakkapellen, en dateert uit dezelfde periode als de zuidvleugel, doch de gevels werden in de tweede helft van de 19de eeuw volledig aangepast.

Witgekalkt bakstenen gebouw, waarvan de zuidgevel voorzien is van een gepikte plint en enkele resterende, gesmeed ijzeren muurankers; een overhoekse en rechte muizentandfries onder de dakrand; muuropeningen uit de tweede helft van de 19de eeuw, rondboogvormig op de benedenverdieping, getoogd op de bovenverdieping.

De noordgevel heeft een verhoogde begane grond en een kalkstenen plint; voormalige kalkstenen kruiskozijnen (confer zuidgevel van de zuidvleugel), waaruit tussendorpel en -stijl verdwenen zijn; rechthoekige deur - mogelijk een aangepast kruiskozijn - in een kalkstenen omlijsting op neuten; kalkstenen trap; fraai houtwerk met roedeverdeling in het bovenlicht; boven de deur, rondboognis met Onze-Lieve-Vrouwebeeld. Volledig aangepaste zijgevel.

Nieuwe kapel, op de plaats van de verdwenen oude kapel tegen de westgevel van laatstgenoemde vleugel. Het gedeelte tegen de oostvleugel was oorspronkelijk een woonhuis, thans volledig aangepast; nog zichtbare ontlastingsboog van een korfboogpoort en een gedicht venster.

Hospitaalvleugel aan de Thonissenlaan, opgetrokken van 1866-1871 naar ontwerp van architect L. Jaminé. Gebouw in neo-Vlaamserenaissance-stijl. Dertien traveeën en twee bouwlagen onder schilddak (leien). Bakstenen gebouw met een lijstgevel op een hardstenen plint; verwerking van mergelsteen voor de hoekbanden, banden, vensteromlijstingen en geveltoppen; gesmeed ijzeren muurankers. Hoekrisalieten, elk over twee traveeën, bekroond met een in- en uitgezwenkte geveltop met klauwstukken en gebogen fronton. Kruiskozijnen met negblokken en door banden verbonden dorpels. Monumentale poorttravee: de benedenverdieping volledig van hardsteen, en voorzien van een geprofileerde rondboogpoort met volutevormige sluitsteen in een van imitatiebanden voorzien gevelveld, met uitspringende gedeelten op hoge sokkel aan weerszij, laatstgenoemde gedeelten afgewerkt met elk twee pilasters met Dorisch kapiteel en sokkel; entablement met zware druiplijst en opschrift "Burgerlijk Gasthuis".

De bovenverdieping is op dezelfde wijze afgelijnd, doch de Dorische kapitelen werden door Ionische vervangen; in het bakstenen gevelveld, kruiskozijn in een geblokte omlijsting met druiplijst - jaartal MDCCCLXVIII - waarboven een gebogen fronton. Bekronend gebroken fronton, met halsgevelvormige verhoging, voorzien van een gebogen fronton met vaasbekroning; twee liggende, vrouwelijke figuren aan weerszij der verhoging, laatstgenoemde geflankeerd door guirlandes en versierd met het wapenschild der stad, het opschrift S.P.Q.H., en een hertenkop.

Zijgevel met historicerende verankering AO 1868.

Recent noordgedeelte, van 1931, met gebogen vorm, dat het tracé van de Thonissenlaan volgt; opgevat als de zuidvleugel van het oorspronkelijk kloostercomplex.

  • DE DIJN C.G., Monumentenroutes 1975 (Kunst en Oudheden), Hasselt, 1975 p.67.
  • LAMBRECHTS J., Het oud St.-Barbara-dal of beschrijvirg van het oud klooster der Grauwzusters Hospitalieren te Hasselt, Hasselt, 1881.
  • MELCHIOR J., Geschiedenis en beschrijving van Hasselt, (Familiearchieven nr. 2062, Rijksarchief Hasselt, p. 148bis-158).

Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n1 (A-Ha), Brussel - Gent.
Auteurs: Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Gasthuis Sint-Barbaradal en grauwzusterklooster [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/21900 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.