Een van oorsprong middeleeuws diephuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder steil pannen zadeldak, aan de straatzijde vermoedelijk in de 19de eeuw opgehoogd met één verdieping. Tegen de achtergevel staat een lager achterhuis van twee bouwlagen onder afgesnuit zadeldak. In 1545 al vermeld als de Drij Kronen. Het huis grensde tot begin 20ste eeuw met haar noordgevel aan de heden gedempte vliet de Melaan.

Enkelhuis met gepleisterde, vereenvoudigde neoclassicistische lijstgevel onder breed uitkragende houten kroonlijst op zware klossen. Eenvoudige rechthoekige vensters met lekdrempels. De begane grond is in de loop van de 20ste eeuw licht gewijzigd door verlaging van de vensterdorpels en het aanbrengen van imitatievoegen. Vernieuwd deur- en vensterschrijnwerk.

In het interieur is op de benedenverdieping onder halfopen verlaagde plafonds nog de oorspronkelijke eikenhouten balkstructuur bewaard. De moerbalken van het oorspronkelijke ganggedeelte hebben balksleutels met rondstaafprofiel en zaagtand op ojiefconsoles. De moerbalken van de grote benedenkamer aan straatzijde worden gekenmerkt door balksleutels met mascarons en consoles in renaissancestijl. Dit plafond is bekleed met een momenteel deels gehavend stucplafond in laatbarokke stijl, gedateerd '1709'. Ook de traditionele gordingenkappen boven het hoofd- en bijgebouw zijn behouden.