erfgoedobject

Résidence Francia

bouwkundig element
ID
214912
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/214912

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Résidence Francia
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Modernistisch appartementsgebouw opgetrokken door de Entreprises Générales François Amelinckx, naar een ontwerp van architect Marc Segers uit 1937. Het vastgoedproject met zestien koopflats, behoort tot de vroegste realisaties van dit in 1936 opgerichte vastgoedbedrijf, met vestigingen in Antwerpen en Brussel, dat na de Tweede Wereldoorlog zou uitgroeien tot één van de twee grootste bouwpromotoren in België - naast de firma Etrimo - gespecialiseerd in residentiële hoogbouw. De carrière als bouwpromotor van François Amelinckx, zoon van een zuivelhandelaar, klimt evenwel op tot de eerste bouwprojecten die hij al omstreeks 1930 ondernam. Met zijn verschraald modernisme en standaardprogramma, zette de in 1938 voltooide "Résidence Francia" de toon voor de naoorlogse evolutie van de bebouwing op de Leien, waar dit type residentiële hoogbouw de statige hotels van weleer zou verdrukken. Tijdens de bouw werd het gevelontwerp gewijzigd, en liet een van de kopers, mevrouw Fl. Van Reeth, op het dakterras een halfronde pergola toevoegen.

Marc Segers vatte zijn loopbaan nog tijdens zijn architectuurstudies aan als partner van architect Renaat Braem, met een gezamenlijke productie tussen 1931 en 1939 die tot de betere avant-garde wordt gerekend. Eens afgestudeerd ontwikkelde Segers vanaf 1936 gelijklopend en los van Braem ook een eigen praktijk, waarbij vooral zijn marktconforme bouwprojecten in dienst van de Entreprises Générales François Amelinckx in het oog springen. Een jaar na de "Résidence Francia" ontwierp Segers nog een tweede flatgebouw voor Amelinckx op Frankrijklei 47, waarvan uiteindelijk werd afgezien na een tweevoudige weigering van de bouwvergunning wegens het eentonige karakter van de gevelarchitectuur. Een derde opdracht uit 1939 voor een flatgebouw in de Generaal Lemanstraat verviel vanwege de oorlogsomstandigheden. Deze Amelinckx-projecten behoren tot het tiental flatgebouwen dat Segers tussen 1936 en 1939 op eigen kracht ontwierp. In de eerste naoorlogse decennia bracht hij een omvangrijke productie tot stand, die afgezien van de Résidence "Ermitage" en zijn in 1952 met de Prijs Van de Ven bekroonde eengezinswoning in Deurne weinig opzien baarde. Amelinckx bleef ook in deze periode een belangrijke klant.

Het drie traveeën brede appartementsgebouw telt een souterrain en acht bouwlagen onder een plat dak. Geleed in een pui en een bovenbouw, verheft het met witte natuursteenplaten beklede gevelfront zich boven een korte, zwart granieten sokkel. Bedoeld om het souterrain te verlichten, versterken bandramen het zwevende effect dat van dit principe uitgaat. De symmetrie van de compositie berust op de oplopende erkers in de zijtraveeën, aan weerszij van het middenportaal. Waar de verdiepingen nadrukkelijk horizontaal belijnd worden door doorgetrokken dorpels, benadrukte het oorspronkelijke gevelontwerp de middentravee als verticale as door middel van gekoppelde deurvensters met halfronde smeedijzeren balkons. Daarnaast was voor het parement aanvankelijk een combinatie van natuursteen en metselwerk uit gele Belvedère-baksteen gepland. De toegevoegde pergola bestaat uit een luifel uit gewapend beton rustend op de trap- en liftkast, met een houten balkenstructuur voor klimplanten. Het schrijnwerk van inkomdeur en vensters is vernieuwd.

De rechthoekige plattegrond groepeert twee appartementen van ongelijke grootte per verdieping, ontsloten door de centrale traphal met twee liften. De standing van de flats blijkt uit de uitrusting met een meidenkamer en een stortkoker voor huisvuil, en de aanwezigheid van een conciërgewoning, een was- en droogkelder in het souterrain. Het grote appartement bestaat uit de hal, een L-vormige suite van salon, eetkamer en fumoir als dagzone, een dienstcompartiment met keuken, meidenkamer en terras, drie slaapkamers en een badkamer als nachtzone. Het kleine appartement en de twee gelijkvloerse flats hebben slechts twee slaapkamers en geen fumoir, maar zijn verder identiek. De inkomhal onderscheidt zich door een vloer, lambrisering en trap uit zwart, rood en roze gevlamd marmer.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 18#9061, 18#10443 en 18#11038 (Frankrijklei 57), 18#11036 en 18#12896 (Frankrijklei 47).

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Aanvullende informatie

Lift

De twee liften in de centrale traphal werden in een gesloten schacht vermoedelijk in 1937 geïnstalleerd door het Antwerpse bedrijf E. Thièry. Beide elektrische liften zijn voorzien voor drie personen (nominale last 240 kg) en ontsluiten het gelijkvloerse niveau en de acht bovenverdiepingen. Alle bordesdeuren zijn houten zwaaideuren met een smal verticaal kijkglas. Links van elke bordesdeur bevindt zich een metalen plaatje met een rood lichtje, een oproepknop en een koperen plaatje met vermelding ‘lift’. Beide liftkooien, gedragen door een metalen ophangsysteem, zijn van hout. Tegen de achterste kooiwand is een spiegel aangebracht. Een stalen vouwdeur met koperen handgreep sluit de liftkooi af. Links van deze kooideur bevindt zich een gegraveerd bedieningsbord in aluminium met nog deels originele zwarte zendknoppen. De originele liftaandrijving in de machinekamer werd in 2000 vervangen.

  • Informatie verkregen van de vereniging van mede-eigenaars (20 januari 2022).
Auteurs: Becuwe, Frank
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Résidence Francia [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/214912 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.