erfgoedobject

Obelisk voor de Grenadiers en de eerste gasaanval

bouwkundig element
ID
213635
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/213635

Juridische gevolgen

Beschrijving

Gedenkteken langs de Grenadiersstraat, nabij het kruispunt met de Generaal Lotzstraat, op ongeveer één kilometer ten noordoosten van Zuidschote en op circa 100 meter ten westen van een geallieerde mitrailleurpost. De omgeving bestaat uit vlak landbouwgebied.

Historische Achtergrond

Het gedenkteken wil herinneren aan de rol van de grenadiers tijdens de eerste gasaanval (22 april 1915) en de daaropvolgende gevechten nabij Steenstrate.

Toen de Eerste Slag bij Ieper gestreden was (18 oktober – 22 november 1914) hadden de Duitse troepen zich op de hoger gelegen gebieden in een wijde boog omheen Ieper ingegraven. Na de eerste oorlogswinter wilde de Duitse legerleiding de patstelling doorbreken door de inzet met een nieuw wapen: stikgas. Zowel op het oostelijke als op het noordelijke deel van de Ieperboog werden cilinders met chloorgas ingegraven door speciaal opgeleide Duitse genietroepen. Op 22 april 1915, om 17 uur, toen de wind uit het noorden kwam, werden de ventieltjes van zo'n 5000 cilinders opengezet tussen Schreyboom (halfweg tussen Langemark en Poelkapelle) en Steenstrate. De beschaving maakte voor het eerst kennis met chemische oorlogvoering… De frontbezetting aan geallieerde zijde zag er vóór de gasaanval als volgt uit: ten noorden van de brug van Steenstrate lag de Belgische 6de legerdivisie langs de westelijke kanaaloever. Tussen Steenstrate tot ten noorden van Langemark lag de 87ste Franse Territoriale Divisie (die bestond uit oudere reserve-soldaten, de zogenaamde Pépères); aansluitend tot aan de Brugseweg ten zuiden van Poelkapelle lag de 45ste Algerijnse Divisie (ook wel les Joyeux genoemd). Vanaf de Brugseweg lag de Canadese 1ste Divisie tot aan 's Graventafels, waar Britse divisies (respectievelijke 28ste, 27ste en 5de Divisie) het front overnamen. Tegenover deze eenheden lagen de Duitse troepen, die veel sterker in getale waren: tegenover de Belgen lag de 45ste Reserve Divisie; tegenover de twee Franse divisies lagen de 46ste, 52ste en 51ste Reserve Divisie, met de 4de Marinebrigade in reserve; tegenover de Canadezen lagen de 2de Reserve Ersatz Brigade en de 38ste Landwehr Brigade, met de 37ste Landwehr Brigade in reserve. Tegenover de Britten ten slotte lagen respectievelijk de 53ste en 54ste Reserve Divisies, de 39ste en 30ste Infanteriedivisies en de 3de Beierse Divisie. Vooral de twee Franse divisies zouden de gaswolk over zich heen krijgen. Velen stikten in de eerste lijn, anderen vluchtten in paniek weg. De chaos was compleet. Beschermd met Riechpäkchen tegen het chloorgas trokken de Duitsers vijftien minuten na het loslaten van het gas ten aanval. Ze trokken op tot de hoogte van Pilkem en het bos ten zuidwesten van Sint-Juliaan (Kitchener's Wood). Op enkele uren tijd was een kilometerslange bres geslagen in de geallieerde verdediging. Die avond groeven de Duitse troepen zich echter in, wat tactisch gezien een kapitale fout zou betekenen, althans vanuit Duits standpunt: Ieper lag die avond namelijk voor het grijpen…. Na de gasaanval zou hevig gevochten worden in de omgeving van Steenstrate. De Belgische grenadiers, die zich de 22ste april om 17 uur ten noorden van Steenstratebrug bevonden, waren vreemd genoeg gespaard gebleven van de giftige gaswolk. Deze grenadiers poogden er met mitrailleurvuur, een winkelhaak-opstelling en met de steun van niet-gevluchte Franse troepen, de Duitse aanvallen ter hoogte van Steenstrate tegen te houden. Niettemin slaagden de Duitsers erin het Kanaal Ieper-IJzer over te steken. De 24ste april slaagden de Duitsers erin het gehucht Lizerne te veroveren en door te stoten richting Zuidschote. De Belgen werden nu in hun flank bedreigd, temeer de Duitsers opnieuw chloorgas inzetten. Uiteindelijk zouden Franse troepen, met de hulp van Belgische artillerie, erin slagen het gehucht Lizerne te heroveren op 27 april. Midden mei werden de Duitsers over het Kanaal teruggedreven. Bij de gevechten rond Steenstratebrug waren naast diverse Franse eenheden (onder meer 87 D.I.T., 45 D.I.T., 153 D.I.) Belgische grenadiers, karabiniers en manschappen van het 3de en 4de linieregiment betrokken. Rechts, bij Sint-Juliaan, waren het de Canadezen die op hun flank de aanvallende Duitsers het hoofd moesten bieden. Weldra werden ze bijgestaan door haastig bijgehaalde troepen: de Indische Lahoredivisie, Britse bataljons die in reserve van het front bij Ieper lagen (Geddes Brigade), een Marokkaanse brigade, de eerste Britse territoriale divisie (50th Northumbrian), de beroepssoldaten van de 4de divisie en de elitetroepen uit de 3de cavaleriedivisie. De gevechten zouden ruim een maand duren. Meter na meter rukten de Duitsers op over de Pilckem Ridge en door Kitchener's Wood, richting Wieltje. Daardoor kwam de rest van de grote boog in het noordoosten en oosten van de Ieperboog in gevaar ('s Graventafel, Zonnebeke, Polygoonbos) en werd op 5 mei 1915 strategisch ontruimd. Op Mauser Ridge (ten zuiden van Pilkem) en bij Mouse Trap Farm (ter hoogte van waar nu de autoweg stopt) werden nog verschillende aanvallen ingezet tot de slag ophield op het einde van de zeer bloedige 24ste mei 1915.

Het gedenkteken werd op zondag 22 april 1934 onthuld door koning Leopold III en Monseigneur Lamiroy van Brugge, een plechtigheid waarbij onder andere een aantal hooggeplaatste militairen aanwezig waren. Dit was het eerste gedenkteken dat door koning Leopold III na zijn troonsbestijging werd onthuld. Als gevolg van dit feestelijk gebeuren werd de naam van de Nieuwstraat veranderd in de "Grenadiersstraat" en werd een deel van de Middelstraat voortaan "Generaal Lotz-straat" genoemd. 

Kenmerken

Op een breed vierkant podium met enkele toegangstrappen, staat een hoge obelisk op drie treden en een hoog zwaar geprofileerd voetstuk afgewerkt met een zware doorlopende kroonlijst. Alles in hardsteen uitgevoerd. Het geheel is omheind met hardstenen paaltjes met kettingen en sparren op de vier hoeken. Op het voetstuk: op de voorkant "Dit denkmaal werd ingehuldigd door Z.M. den Koning Leopold III op 22 April 1934", "Ce monument a été inauguré par S.M. le Roi Léopold III le 22 Avril 1934", verder in reliëf een eike- en laurierkrans, met daarin het kenteken van de grenadiers; op de linkerkant "Tot herdenking van de onwrikbare verdediging van het Regiment der Grenadiers bij den eersten Duitschen aanval met de gassen op 22 April 1915"; op de rechterkant "En commémoration de l'inébranlable résistance du Régiment des Grenadiers à la première attaque allemande par gaz le 22 Avril 1915"; op de achterkant "22-4-1915 Grenadiers" en palmtak in reliëf.

Hoogte: 675 centimeter, breedte: 732 centimeter, diepte: 735 centimeter. Uitvoering: L. Reding (gesigneerd). Vooraan werd een donkere hardstenen gedenkplaat geplaatst met de tekst "Paul Ooghe - Grenadier"; "17-05-1899 08-09-2001"; "oorlogsvrijwilliger 14-18".

  • S.N. s.d.: Het tracé van de A19 en het historisch & cultuurtoeristisch perspectief. Steenstrate - Pilkem Ridge - Wieltje, een historisch cruciaal deel van een historisch en cultuurtoeristisch bijzonder belangrijke frontlijn, onuitgegeven document.
  • BACCARNE R. & STEEN J. 1979: Boezinge 1914-1918. Gasaanval. 2e Slag om Ieper, Wervik.
  • BACCARNE R. & STEEN J. 1975: Boezinge na 1914-1918, Wervik.
  • JACOBS M. 1996: Zij die vielen als helden... Inventaris van de oorlogsgedenktekens van de twee wereldoorlogen in West-Vlaanderen, deel 2, Brugge.

Bron: WOI Relict (658): Obelisk voor Grenadiers en Eerste Gasaanval (Zuidschote - WOI)
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Obelisk voor de Grenadiers en de eerste gasaanval [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/213635 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.