Dit neoclassicistische samenstel van twee identieke, spiegelende burgerhuizen werd gebouwd rond 1898 voor twee aparte opdrachtgevers, namelijk Frans Edmond Slock (18) en Rummens (20). Een bouwmeester staat niet vermeld op geveltekening of aanvraag. De woningen zijn typerend voor het Zuid, waar veel huizen in kleine sets van twee of drie werden gebouwd, met lijstgevels die in een verzorgde, maar gestandaardiseerde neoclassicistische stijl zijn aangekleed.

Het betreft twee enkelhuizen van drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak, met bepleisterde en witgeschilderde lijstgevels tussen houten kroonlijst op klossen en hardstenen plint. Typische elementen voor de eind-19de-eeuwse neoclassicistische woningen zijn de kordonlijsten en doorlopende onderdorpels, de imitatievoegen op de begane grond, de regelmatig geplaatste rechthoekige muuropeningen, de tandfries onder de kroonlijst en de nadruk op de centrale travee, die hier risaliterend is uitgewerkt en een balkon kreeg op de eerste verdieping. Schrijnwerk van de twee voordeuren werd bewaard.