Burgerhuis en handelshuis, volgens het kadaster in 1872 gebouwd door een bakker ter vervanging van een ouder huis. In 1896 wordt het huis vergroot en wordt een landgebouw in de tuin opgetrokken door een Koekelaarse vleesverkoper. Vrij breed volume van twee en een halve bouwlaag onder pannen zadeldak. De straatgevel heeft een parement van beige tegelstrips, met gebruik van bruine tegelstrips voor de banden, de omlijsting van de friezen en de strekken van de rechthoekige vensters. Onder de vensters tegelfriezen met florale motieven. Bewaard witgeschilderd houtwerk, deels gekoppelde ramen met sierlijk uitgewerkte tussenstijlen. Verbouwde begane grond.