erfgoedobject

Lagere Jongens- en Meisjesschool 30

bouwkundig element
ID
206838
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/206838

Juridische gevolgen

Beschrijving

Schoolcomplex van 1935-1941 naar ontwerp van architect Emiel Van Averbeke, opgericht als lagere meisjes- en jongensschool en kindertuin, met zwembad, publieke stortbadinrichting en openbare bibliotheek. De lagere school werd in de wijk Luchtbal opgericht om er de buurtkinderen onderwijs te verschaffen. Het schoolcomplex beslaat het volledige bouwblok tussen Quebec-, Boston- en Montrealstraat en Generaal Simondslaan.

Historiek

De Luchtbal, zo genoemd naar een voormalig 19de-eeuws café, is een wijk in het noorden van Antwerpen. Het vroegere polderlandschap werd er vanaf de jaren 1924 omgevormd tot een sociale woonwijk, inclusief infrastructuur en groenvoorzieningen, die voornamelijk de werknemers in de nabijgelegen haven en de talrijke bedrijven aan de Noorderlaan moest huisvesten. In 1926 begonnen de Vrije Katholieke scholen der dekenijen van Antwerpen er met de bouw van een vrije jongens- en meisjesschool. Hetzelfde jaar opende de stad een voorlopige school in houten barakken. De oprichting van een goed uitgeruste dubbelschool voor meisjes en jongens met kindertuin, zwembad, publieke stortbadinrichting en openbare bibliotheek, paste in de sociale bekommering van het toenmalige stadsbestuur. In de jaren 1920 werden al enkele voorontwerpen gemaakt, de grond werd aangekocht in 1929 en in 1931 onder het burgemeesterschap van Frans Van Cauwelaert werden de eerste plannen en een lastkohier ingediend. Op 25 mei verscheen een ministerieel besluit van R. Petijean, minister van Wetenschappen en Kunsten, betreffende scholenbouw. Het besluit bevatte voorschriften met betrekking tot de inplanting, de terreingrootte, de toegang tot de school, de afmetingen van lokalen en trappen, de bevloering, de verlichting, de verluchting, de verwarming, de brandveiligheid, de meubilering, de bibliotheek en de leeszaal, de werkplaatsen voor handenarbeid en voor huishoudkunde, de speelplaats, de sanitaire voorzieningen, het kantoor en de woonst van de directeur. In het gewijzigde en definitieve ontwerp door hoofdstadsbouwmeester Emiel Van Averbeke, dat van 1935 dateert werden de meeste van deze voorschriften toegepast. De uitvoering in twee fasen dateert van 1935-1941. De eerste steenlegging door schepen Willem Eekelers greep plaats op 6 juni 1937. In de eerste fase, voltooid in 1938 en door burgemeester Camille Huysmans op 18 december 1938 ingehuldigd, werd de meisjesschool/kindertuin met zwembad, turnzaal/feestzaal, publieke stortbadinrichting en bibliotheek gerealiseerd, in de tweede fase, beëindigd in 1941, de jongensschool. In mei 1940 werden Duitse bezettingstroepen in de nieuwe school ingekwartierd en in september 1944 Amerikaanse troepen, zodat de klassen terug in noodbarakken moesten worden ondergebracht. Vanaf september 1945 tot op heden staan de schoolgebouwen ter beschikking van het onderwijs. In januari 1950 waren er omstreeks 650 leerlingen. Op een aantal inrichtings- en onderhoudswerken, de aanpassing van enkele ramen en het vervangen van het originele schrijnwerk na werden geen renovatiewerken noch vergrotingswerken uitgevoerd.

Beschrijving

Vrijstaand grosso modo rechthoekig schoolcomplex dat het volledige bouwblok tussen Quebecstraat, Generaal Simondslaan (voorheen Canadalaan), Montreal- en Bostonstraat inneemt. De resterende stroken rond het gebouw zijn ingevuld met plantsoenen en afgeboord met een laag gemetseld muurtje parallel aan de straat. Het scholencomplex is opgebouwd uit balkvormige vleugels van één of twee bouwlagen onder plat dak en omsluit twee inpandige speelplaatsen.De hier gebruikte vormentaal is het best te omschrijven als 'romantisch kubisme'.

Funderingswerken van gewapend beton op betonpalen stelsel Franki. Het skelet van gewapend beton is ingevuld met Boomse machinesteen; straat- en koergevels zijn volledig bekleed met geelkleurige baksteen, verlevendigd met dito bruinrode plinten, muurdammen, bloembakken en muurtjes. Vensteromlijstingen, doorlopend lijstwerk en schoorsteenplaten zijn uitgevoerd in blauwe hardsteen. De oorspronkelijke ramen van kopenhoudend staal zijn in 1968 en verder vervangen door zware kaders van witgeschilderd hout; deze ramen zijn aan de westgevels al door PVC-ramen vervangen; de hoekramen in de trappenhuizen werden ingevuld met glasprofielen. De beglaasde stalen deuren zijn nog origineel evenals een aantal ramen met glastegels in beton. Keramische tegels zijn veelvuldig gebruikt, parket occasioneel.

De plattegrond vertoont rechthoekige, haaks op elkaar gestelde en veelal uitgebouwde vleugels. Het complex is volledig onderkelderd. Aan de oorspronkelijke indeling is in wezen niets veranderd; alleen de functie van een aantal lokalen is gewijzigd. De circulatie geschiedt via ruime midden- en zijgangen; in de beglaasde, heden met glasprofielen ingevulde hoektraveeën bevinden zich de trappen naar de lokalen op de bovenverdieping. Een afzonderlijke, monumentale trappartij leidt naar de turnzaal/feestzaal. De vleugel aan de Quebecstraat, die slechts één bouwlaag telt, bevat twee inkompartijen, respectievelijk van de voormalige meisjes- en jongensschool, gescheiden door het verblijf van de portierster. In de vroegere meisjesschool zijn links en rechts van de middengang, directieburelen, een EHBO-lokaal, het secretariaat en een aantal bergplaatsen en in het afgeronde hoekgebouw een keuken en een personeelslokaal ondergebracht. Op het oorspronkelijke plan waren gelijkaardige invullingen voorzien met uitzondering van de apart toegankelijke 'boekerij' in het hoekgebouw. In de vroegere jongensschool bevindt zich naast de inkom het voormalige bureau van de directeur en daarnaast, in de vroegere klas voor handenarbeid, de grote refter. In de vleugel aan de Generaal Simondslaan zijn er per verdieping vijf klaslokalen ingebracht, respectievelijk links en rechts van de middengang, in de vleugel aan de Bostonstraat zijn dit er aan de speelplaatszijde per verdieping vijf of zes met aan de straatzijde een doorlopende gang. Een aantal lokalen kreeg een andere functie, onder meer als archiefruimte. Op het oorspronkelijke plan van de meisjesschool staan de vijf bovenklassen aan de speelplaatszijde als openluchtklassen ingetekend maar ze zijn niet als dusdanig gerealiseerd. In de vleugel aan de Montrealstraat zijn via een afzonderlijke inkom de zogenaamde 'publiekstoegankelijke' functies ondergebracht, met name in de lage uitbouw aan de straat de stortbadinrichting, op de gelijkvloerse verdieping van de hoofdvleugel het zwembad, aansluitende kleedkamers op hetzelfde niveau en op de tussenverdieping, en op de bovenverdieping de turnzaal/feestzaal. Daarnaast bevat deze vleugel op de gelijkvloerse verdieping ook nog ruime sanitaire voorzieningen en op de bovenverdieping een bureau en een kleine refter in de vroegere tekenklas van de meisjes.

De opbouw van de gevels is gelijkaardig maar niet gelijkvormig, functioneel en vooral zeer herkenbaar. Op de gevel aan de Bostonstraat na vertoont geen enkele gevel een volledig symmetrische opbouw; vooral de hoekpartijen zijn telkens verschillend uitgewerkt; alleen de aanduiding van de vier trapzalen door middel van verticale, elkaar snijdende glasvlakken is identiek. Wel is er een repetitief gebruik van dezelfde vormelementen in verschillende combinaties. Vrijwel alle vensters zijn rechthoekig doch naargelang hun functie groot of klein, liggend of staand, alleenstaand of gegroepeerd. De samenhang binnen een functionele eenheid, bijvoorbeeld een aaneensluitende reeks administratieve lokalen, wordt gemarkeerd door doorlopend lijstwerk boven en onder de gelijkvormig uitgewerkte vensters; ook de daarbij horende deuren zijn in hetzelfde schema opgenomen. De nieuw ramen met hun zwaardere profielen en gewijzigde indelingen doen wel afbreuk aan het oorspronkelijk architecturaal concept. Dat er aan uitzicht en uitvoering van het stalen schrijnwerk bijzonder veel aandacht werd besteed blijkt uit de verschillende gespecificeerde richtlijnen in het lastenboek.

De lage voorgevel aan de Quebecstraat, met zijn trapsgewijs vooruitgeschoven en afgeronde hoekpartij, die nog een eindje in de Generaal Simondslaan doorloopt, is opengewerkt met lange, smalle vensters en nog originele, beglaasde stalen vleugeldeuren met brede luifel en oorspronkelijk bovenlicht. Naar de Bostonstraat toe vormt de hoger opgetrokken hoekpartij de overgang naar de vleugel aan deze straat. Op de begane grond bevinden zich twee vergrote vensters. De gevel aan de Generaal Simondslaan heeft een vooruitspringende middenpartij met tweemaal vijf grote vensters, die corresponderen met de aansluitende klaslokalen, en rechts op de hoek de verticaal beglaasde trapzaal. De overgang naar de Montrealstraat wordt gevormd door een laag volume dat ten opzichte van de eerste gevel vooruitspringt, ten opzicht van de tweede terugwijkt. De gevel aan de Montrealstraat heeft de meest dynamische opbouw. De gegroepeerde lange smalle vensters in het vooruitgeschoven lage volume geven de publieke stortbadinrichting aan. De originele vleugeldeur deur in dit gedeelte is de publiekstoegang. Het aansluitende hoger en dieper uitgewerkte volume vertoont onderaan vier gekoppelde, liggende vensters met glasprofielen ter hoogte van het zwembad, bovenaan dertien gekoppelde, staande vensters met borstwering ter hoogte van de turnzaal/feestzaal met aan weerzijden nog kleine gekoppelde venstertjes. De gevels van de aansluitende volumes zijn met grote vensters geopend, onder meer op de begane ter hoogte van het sanitair. In de zijgevel van de vleugel aan de Bostonstraat bevindt zich andermaal een originele vleugeldeur. Op de hoeken zien we weer de verticale glaspartijen van de trapzalen. De volledig symmetrisch opgebouwde gevel aan de Bostonstraat vertoont in tegenstelling tot de gevel aan de Generaal Simondslaan een achteruitwijkende middenpartij met tweemaal vijf smalle, liggende vensters ter hoogte van de aansluitende gangen. De identieke vooruitgeschoven hoekpartijen zijn elk voorzien van twee ronde venstertjes en vertonen op de hoeken eveneens de kenmerkende verticale glasvlakken van de trapzalen.

De twee verharde, met bomen beplante speelplaatsen hebben een verschillend niveau. Ze zijn gescheiden door een opengewerkte scheimuur met vaste zitbanken, bekleed met gele granito, en een aan weerszijden overstekende luifel. Een doorlopende luifel is ook aangebracht over de volledige lengte van noord- en zuidgevel. De opbouw van de koergevels is vergelijkbaar met deze van de straatgevels doch vertoont geen verspringende gevelvlakken. De grote gelijkvormige vensters in oost- en westgevel corresponderen met de aansluitende klassen, de vormgeving van de vensterpartij ter hoogte van turnzaal/feestzaal is identiek aan deze aan de straatkant. Opvallend, zowel voor de noord als voor de zuidgevel, zijn de talrijke liggende vensters die meestal dienstruimten en gangen verlichten en overwegend met glastegels zijn ingevuld. Het interieur is sober. De oorspronkelijke bevloering van gangen en klaslokalen met roodbruine tegels en donkerdere banden bleef grotendeels bewaard, evenals de parketvloeren in het administratieve gedeelte en in de voormalige speelklassen van de kindertuin. De binnenmuren zijn bepleisterd en beschilderd. De buiten- en tochtdeuren op de begane grond zijn beglaasde, stalen vleugeldeuren met verchroomde onderdelen. De overige binnendeuren zijn houten paneeldeuren. Waaierboogvormig overspanningen markeren de trapdoorgangen; de treden van de bordestrappen zijn met bruinrode granito bekleed; de gesloten leuningen hebben geschilderde, gemetalliseerde ijzeren buizen als handreep. In de klassen is het oorspronkelijke verhoog met marmeren trede voor het schoolbord nog aanwezig; uitzonderlijk zijn de originele muurkasten bewaard. In de zolderingen zijn de betonbalken zichtbaar. De middengang op de bovenverdieping van de zijvleugel aan de Bostonstraat heeft lichtkoepels. De luxueuzer ingerichte hallen vertonen bruinrode en witte marmeren vloertegels en bruinrode marmeren traptreden. De brede bordestrap naar turnzaal/feestzaal -type keizerstrap- heeft in het midden van de onderste vlucht een dubbele, buisvormige koperen handgreep; de handgrepen van de bovenste vluchten gaan bovenaan over in gelijkaardige buisleuningen die hier als borstweringen dienst doen. Boven de doorgang van de hal naar de trap is een zware betonnen luifel aangebracht die aan de trapzijde met hoekige profielen is versierd. De muren in het zwembad zijn volledig met witte tegels bekleed, het bad zelf met blauwe. In de kleedruimtes bevinden zich nog originele tegelwanden en -vloeren. In de cabines zijn de houten zitbakjes en schabjes nog bewaard. In de stortbadinrichting zijn de muren van gang en douchecabines nog volledig met witte, grotendeels originele tegels bekleed; de vloeren en deuren zijn er vernieuwd. Op regelmatige afstanden staan in de gang nog een aantal oorspronkelijke, witgeschilderde houten zitbanken opgesteld.

  • Provinciaal Archief Antwerpen, Schoolgebouwen Antwerpen, Canadalaan en Quebecstraat.
  • AERTS W. 1977: Emiel Van Averbeke (1876-1946) stadshoofdbouwmeester. Zijn bijdrage tot de moderne bouwkunst te Antwerpen, Licentiaatsverhandeling Rijksuniversiteit Gent.
  • Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen, Stad Antwerpen, 3nc, 1989, 325-329.
  • MEGANCK L. 1995: Bijdrage tot de methodologie van het onderzoek van interbellumarchitectuur, Gentse bijdagen tot de kunstgeschiedenis en oudheidkunde XXX, Gent.
  • SPITAELS E. s.d.: Onuitgegeven nota over de school van de Quebecstraat en levensschets van Emiel Van Averbeke, s.l.

Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier DA002493, Schoolcomplex Luchtbal
Auteurs: Plomteux, Greet
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Sociale woonwijk Luchtbal


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Lagere Jongens- en Meisjesschool 30 [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/206838 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.