Neoclassicistisch herenhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak en brede poorttravee. Volgens het kadaster gebouwd in 1869 door een herbergier. Oorspronkelijk half vrijstaand volume. In 1890 volgt een uitbreiding met een achterliggend magazijn. De woning wordt in 1904 opgesplitst in een woning en magazijn. Bepleisterde en wit geschilderde lijstgevel met een grijze plint. De gevel wordt horizontaal belijnd door kordonlijsten, onderling verbonden onderdorpels en klassiek hoofdgestel met tandlijst en uitgewerkte modillons waartussen panelen. De gevel is opengewerkt met rechthoekige muuropeningen, op de begane grond met trapezoïdale sluitsteen. Op de verdieping gevat in een geprofileerde omlijsting met uitgewerkte sluitsteen. Bovenvenster van de poorttravee opgevat als een deurvenster. Behouden deurschrijnwerk.