erfgoedobject

Pastorie Sint-Martinusparochie met tuin

bouwkundig / landschappelijk element
ID
20320
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/20320

Juridische gevolgen

Beschrijving

Neogotische pastorie uit 1902 naar ontwerp van M. De Noyette.

Historiek

De pastorie is opgetrokken op de plaats van de zogenaamde 'Kluize van Eckerghem'. De site zou teruggaan tot 1381. In eerste instantie werd ze enkel bewoond door vrouwen, vanaf de 16de eeuw tot aan de Franse Revolutie enkel door mannen.

Het bakstenen gebouw werd naar plannen van Modeste De Noyette, in opdracht van pastoor Juliaan den Haerynck (1846-1933), in 1902 opgetrokken nadat hij reeds in 1901 de kerk had uitgebreid.

Beschrijving

De pastorie wordt van de straat afgescheiden door een voortuintje met ijzeren hek met centrale arduinen rondboogdoorgang met leien schilddak. Het schilddak wordt gevormd door een fraai gesculpteerde houten dakconstructie. De lijstgevel van vier traveeën en twee bouwlagen heeft een dubbelhuisopstand. Een met profiel afgezette en in bossage uitgewerkte hardstenen plint lijkt het pand te dragen. De voorgevel is voorzien van rechthoekige vensters met een arduinen latei op hoekconsooltjes gevat in spitsboognissen ter travee. Sierankers decoreren de gevel. De rechter traveeën lopen uit in een trapgevel met overhoekse topstukken. De rechter hoekpenant heeft bovendien een baldakijnnis. Tegen de linker zijgevel leunt een rond bakstenen hoektorentje aan met een polygonale bekroning onder spits. Langs beide zijden van de voortuin staan éénlagige gekanteelde bijgebouwen. De achtergevel heeft een gelijkaardige rijke vormgeving met identieke sierelementen. Het authentieke schrijnwerk behield het kwalitatieve en beeldbepalende glas-in-lood. Vooral de erkeruitbouw op de gelijkvloerse verdieping bevat vermeldenswaardig glas in lood.

Het interieur heeft een T-structuur met vrije plaatsing der salons wat veel voorkomt in de laat 19de-eeuwse en begin 20ste-eeuwse pastorieën. Eigen aan de periode werd het schrijnwerk uitgevoerd in vernist pitchpine. Het authentieke hang- en sluitwerk bleef bewaard. De eiken voordeur werd aan de binnenzijde vernist en is zeer kwalitatief afgewerkt met gesmeed hang- en sluitwerk. De entreehal en traphal worden van elkaar gescheiden door een dubbele deur met bovenlicht. Het glas-in-lood is fraai uitgewerkt. In de private gang bleef een rijkelijk uitgewerkte trap in neostijl bewaard. Het bordes wordt verlicht door middel van een glas-in-loodraam. In de entreehal en gang / traphal een fraaie tapijttegelvloer samengesteld uit verschillende kleuren tegels met slibversiering.

Aan beide zijden van de inkomhal twee salons met ‘publieke’ functie: ontvangst van parochianen. Het linker heeft geen bijkomende opvallende vormgeving. Het rechter salon staat echter in verbinding met het grote tuinsalon en krijgt een tussenfunctie tussen officiële gelegenheden en private gelegenheden. Beide salons rechts van de gang zijn met elkaar verbonden door middel van een dubbele deur met bovenlicht (glas-in-lood), geflankeerd door twee functieloze deuren die voor symmetrie moesten zorgen. In beide salons is symmetrie van groot belang daar ook elke kamer twee deuren heeft naar de gang! Vrij eenvoudige houten plafondlijsten werken de salons af. De vloer is belegd met een plankenvloer. De marmeren schouwen zijn eenvoudig doch hebben een typerende vormgeving voor het begin van de 20ste eeuw. Aan de tuinzijde bevindt zich het salon met de erker. De volledige met glas-in-lood beglaasde wand net als de koepelconstructie getuigen van groot meesterschap. Op de vloer werd een parket in dambordpatroon gelegd. Het schrijnwerk en de lambrisering is gelijkaardig aan de rest in het huis. Een neogotische schouwmantel met twee engelenfiguren en de wapenschilden van Ekkergem en Gent siert één zijde van het salon. Een beglaasde dubbele deur geeft toegang tot het bureau . Opvallend zijn de goed bewaarde tapijttegelvloer en de zwarte schouwmantel, beide typisch voor de bouwperiode. De keuken vervolledigt het verhaal met een eenvoudige tweekleurige vloer uit cementtegels, een hoge zwartmarmeren schouwmantel en een wand in pitchpine waarachter de keldertrap verborgen zit. Ook hier is symmetrie van groot belang.

De tuin heeft een landschappelijke aanleg met brevierpad.

  • Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DO002318, Pastorieën (S.N., 2008).

Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Pastorie Sint-Martinusparochie met tuin [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/20320 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.