Huizenrij met bepleisterde en deels natuurstenen (nummer 96) gevelwand van elf traveeën en vier bouwlagen (waaronder entresol) voorzien van een rijk neoclassicistisch decor, volgens de bouwaanvraag van 1888 deel uitmakend van huizenblok met Vlaanderenstraat nummers 109-111. Winkelpuien gescheiden door geblokte pilasters met diamantkussens, erboven entresol tussen modillons van balkon met ijzeren leuning en postamenten, doorlopend over de gehele gevelbreedte. Bovenbouw per huis geritmeerd door kolossale pilasters met Corinthisch kapiteel, ertussen rechthoekige, omlijste vensters met kroonlijst op consoles, op de hoofdverdieping tevens balkonplaat met balustrade voor de deurvensters van de bovenste verdieping. Middendeel telt slechts één travee: entresol met rondboogvenster; voorzien van houten dakkapel geflankeerd door voluten. Gevelbekroning door middel van gekorniste kroonlijst met tandlijst op klossen en gekoppelde modillons.