erfgoedobject

Tuinen in het begijnhof

landschappelijk element
ID
134622
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/134622

Juridische gevolgen

  • is deel van de aanduiding als beschermd monument Begijnhof
    Deze bescherming is geldig sinds

Beschrijving

Ruïnetuin van na de tweede wereldoorlog, aangelegd op de site van de verwoeste kerk van het Sint-Catharinabegijnhof.

Het huidige begijnhof wordt begrensd door de Zuivelmarkt, de Badderijstraat, de Witte­non­nen­straat en de rechteroever van de zogenaamde Nieuwe Demer. Een eerste begijnhof, gesticht vóór 1267 bevond zich, zoals gebruikelijk voor de vroegste begijnhoven extra muros, ter hoogte van de 'Begijnenpoel' waar nu het Virga Jessecollege ligt. Het werd in 1567, toen de calvinisten de stad in handen hadden, vernield. Een nieuw begijnhof werd gebouwd tussen de huidige Bonnefantenstraat, de Wittenonnenstraat, de Zuivelmarkt en de linkeroever van de Nieuwe Demer. Begin 18de eeuw verliet men ook dat begijnhof voor de nieuwe, huidige site. Als slachtoffer van de opheffing van de religieuze instellingen, kwam er op 25 november 1797 een einde aan het Hasselts begijnhof als instelling. Dankzij het Directoire kon de kerk in januari 1800 weer geopend worden. Omdat in 1944 een bom op het Begijnhof viel, liggen de resten van de kerk nu als een mooie ruïnetuin in het midden van het wederopgebouwd hof. Het Begijnhof is sedert 1946 eigendom van de provincie, die er in verschillende fasen tuinen aanlegde.

Het hof is toegankelijk vanaf de Zuivelmarkt via een poortgebouw met flankerende bijgebouwen, daterend uit de 18de eeuw. Een mooie bakstenen muur wellicht uit dezelfde periode, begrenst het begijnhof aan de Badderijstraat. Hij is veertien traveeën lang en heeft lise­nen en een overkragende ezels­rug van baksteen. In de travee met hoog uitstekende puntgevel werd een Onze-Lieve-Vrouwe­kapel inge­werkt­.

Het is een plein­be­gijn­hof met tuinen op het voorplein van de kerk, individuele voortuin­tjes achter hoge muren bij de be­gijnenhuisj­es, en een tuin op de resten van de in 1944 ver­woes­te kerk. Een gekas­seide straat tussen lage ­ muur­tjes van breuk­steen, loopt ­van­af het poort­ge­bouw uit 1780 naar de kerkruïne. Daar rond ligt een pad in grijze grind.

De wes­telijke tuin op het voor­plein is een beboomd parkje bij het Provinciaal Museum. De oostelijke tuin is een grasveld met oude taxus­ en, een rij ge­knotte grootbladige linden (Tilia platyphyllos) langs de muur, en een fraaie groep Gentse harde azalea's bij een kapel­etje.

De mooie ruïnetuin ligt binnen de muren van de kerk, met centraal een grasveld met drie zuil­vormige taxussen in de apsis, een rond­weg van grijze grind en ge­stamp­te aarde, en een bloe­menrand tegen de met klim­planten begroeide ruïnemuren. Tegen de gevel van het kerkkoor werd een besloten hofje bij een beschutte kal­varie ingericht. Een eenvoudig spijlenhekje tussen een onder- en boven­regel van zwart geschil­derd smeed­ijzer op een plint van breuk­steen, bakent het af. Het is een eenvoudig poor­thek tussen hergebruikte vierkante hek­pijl­ers uit de tweede helft van de 18de eeuw, van blauwe hardsteen met spie­gels, sokkel en uit­kragend kapiteel, één bekroond met een doodshoofd, het ander met een zandloper. Deze sokkels stonden voorheen bij de ingang van het oude kerkhof bij de Sint Quintenskerk. De twee vier­ ante, gekwartierde buxusperken zijn gevuld met vier buxus­boll­en. Er groeit een cultivar van gewone robinia (Robinia pseudoa­cacia 'Tortuosa') ten westen en twee ge­knipte buxusbollen begeleiden de pijlers.

De beplanting en het karakter van de individuele voor­tuinen achter de bakstenen tuinmuren met poortje en dienstgebouw, wijzigen regelma­tig in functie van artistieke proj­ecten, maar hebben meestal een vast patroon van buxus­haagj­es.­

Bomen
(Het tussen haakjes vermelde cijfer is de stamomtrek gemeten op 150 cm hoogte)

Buiten de reeds vermelde exemplaren, ook gewone es (Fraxinus excelsior) (173, 240 cm stamomtrek, standaard gemeten op 150 cm hoogte), gewone esdoorn (Acer pseudoplatanus), grootbladige linde (Tilia platyphyllos) (78, 96, 102 cm), gewone taxus (Taxus baccata), ­ hemelboom (Ailanthus altissima) (189 cm), hangende zilverlinde (Tilia petiolaris) (193 cm), gele treurwilg (Salix x sepulchralis 'Tristis', 125 cm), witte paardekastanje (Aesculus hippocastanum) (270 cm).

  • ANDRES M., DENEEF R., Inventaris van de bomen en houtachtige gewassen in de binnenstad van Hasselt, onuitgegeven rapport van de Rijksdienst voor Monumenten- en Landschapszorg, 18 oktober 1976.
  • CALUWAERTS G. (ed); MELCHIOR J., Hasselt intra muros, 1989, p. 310-311.
  • DARIS J., Notices sur les églises du diocèse de Liège. Deel 2, Luik, 1871, p. 58, 106, 117.
  • Mondelinge informatie verkregen van R. Christiaens.

Bron: DE MAEGD C. EN VAN DEN BOSSCHE H., 2006: Historische tuinen en parken van Vlaanderen. Inventaris Limburg. Deel 2: As, Beringen, Diepenbeek, Genk, Ham, Hasselt, Heusden-Zolder, Leopoldsburg, Lummen, Opglabbeek, Tessenderlo, Zonhoven, Zutendaal, Brussel: Vlaamse Overheid. Onroerend Erfgoed.
Auteurs: De Maegd, Christiane; van den Bossche, Herman
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Begijnhof

  • Is deel van
    Zuivelmarkt


Waarnemingen


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Tuinen in het begijnhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/134622 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.