erfgoedobject

Kasteel Hemiksemhof

bouwkundig element
ID
13107
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/13107

Juridische gevolgen

Beschrijving

U-vormig kasteel (nok parallel aan de straat) omringd door grote ovale vijver met grotendeels geplaveide voorhof en omhaagde grasperken aan westzijde. Aanhorigheid (nok parallel aan de straat) aan westzijde tegenover de westgevel van het kasteel. Aantal serres (nok loodrecht op de straat) en oranjerie (nok loodrecht op de straat) aan noordzijde tegen omgrachting. IJskelder ten noordoosten. Geheel gelegen binnen rechthoekig omgracht landschapspark aansluitend bij het domein van "kasteel Cleydaal" (Aartselaar) aan zuidoostzijde en het "Monnikenhof" aan noordzijde.

HISTORIEK

Afzonderlijke grondheerlijkheid en laathof in leen gehouden van de abt van de Sint-Bernardsabdij. Behoorde samen met Vaerlaereycke (Aartselaar, afhankelijk van het leenhof van Brabant), onafgebroken aan dezelfde families tot 1739. Hof, namelijk landbouwuitbating, vóór 1380 opgericht door de familie Sanders. Pas in 1408 melding van "Jan Sandershoff te Hemiksem". Leenverhef voor Antoon van Brabant in 1459. Circa 1480 in handen van Costen van Berchem, doch in 1489 opnieuw bij Antoon van Brabant. Bij zijn dood in 1498 ging het over op zijn erfgenamen om in 1512 verkocht te worden aan Rombout van Wachtendonck. Het leenverhef voor Hemiksemhof en Vaerlaereycke gebeurde in 1514. Door hem werd het vervallen kasteel herbouwd. In deze toestand bleef het grotendeels bewaard tot in het derde kwart van de 18de eeuw. Het was een waterslot met binnenhof, toegankelijk via een vaste en ophaalbrug. Op hoeken van de toegangszijde poorttoren en donjon. Door huwelijk komt het in 1519 in het bezit van de familie de Tassis (postmeesters, vandaar benaming "Postmeestershof"; later benoemd tot graven en prinsen) die het domein 150 jaar behield. Eind 16de eeuw fel beschadigd door diefstal van ijzerwerk en lood en tevens gedeeltelijk afgebrand.

In 1701 aangekocht door Jan J. de Coninck. In 1722 opgevolgd door Anna Maria Leerse, Peter Gerardi (1739), Frans Schilder (1740) en Paul Schilder in 1750. Circa 1760-1770 liet deze laatste het huidige sober classicistisch kasteel optrekken met U-vormige plattegrond. Er werd geen rekening gehouden met het oorspronkelijke grondplan, alhoewel bepaalde muren van het oude kasteel werden bewaard. In 1774 in bezit van de familie de Pret die hovingen en landerijen wijzigde, dreven en nieuwe parken liet aanleggen en vijvers liet graven. Door brand geteisterd in 1792.

Vanaf de 19de eeuw in handen van de families Diert van Kerkwerve, de Pret-Roose de Calesberg. Herstellingen aan interieur in 1880. Sheid (20ste eeuw) liet aan de oostgevel een terras met trappen aanleggen, alsook aan de westgevel een vestibule bouwen waardoor muuropeningen en dakvensters gewijzigd werden. Sinds 1955 in bezit van Magniette.

BESCHRIJVING

Monumentale ingangspoort aan Assestraat uit het vierde kwart van de 19de eeuw of eerste kwart van de 20ste eeuw (?) in neo-Lodewijk XVI-stijl: twee vierkante paviljoentjes van één bouwlaag onder koepeldak (bitumen), bekroond met smeedijzeren vaasmotief; ovale dakvensters in omlijsting met voluten en gebogen kroonlijst. Baksteenbouw op arduinen plint met gebruik van natuursteen voor vlakke banden, kordonlijsten en hoekpilasters met verdiepte schacht en schachtringen eindigend op vazen. Steekboogvensters en deuren in geriemde omlijsting met oren en sluitsteen, lekdrempels op klossen. Sierlijk verbindend smeedijzeren hek gevat tussen pilasters van natuursteen op arduinen sokkels, met verdiepte panelen en schachtringen; geprofileerd kapiteel bekroond door putti. Vanaf deze ingangspoort leidt een geplaveide weg naar een eenvoudge poort op de rechthoekige omgrachting en verder naar de tegenover de west gevel van het kasteel gelegen aanhorigheid, en het kasteel.

U-vormig kasteel uit het derde kwart van de 18de eeuw en het eerste kwart van de 20ste eeuw, van twee bouwlagen onder schilddak (leien) en zijvleugels van één bouwlaag onder afgewolfde daken (leien), steekboogvormige dakvensters onder gebogen waterlijsten en rechthoekige dakkapellen onder afgewolfde daken of driezijdige frontons. Zijvleugels met steekboogvormige dakvensters onder gebogen of driezijdige frontons of gebogen lijst alsook dakkapellen. Bepleisterd en beschilderd, verankerd bakstenen gebouw. Hoofdvleugel met westgevel van negen traveeën, middenrisaliet uit het eerste kwart van de 20ste eeuw van drie traveeën bekroond door attiek met balustrade. Oostgevel van elf traveeën, driezijdig middenrisaliet van drie traveeën en door gebogen frontons geaccentueerde hoektravee, daklijst op houten consoles. Groot half-rond terras met trappen, afgezet door balustrade.

Noord- en zuidgevels van twee traveeën, daklijst op houten consoles; kapel aan zuidgevel gemarkeerd door uitspringend muurvlak met rondboognis, steekboogvenster in vlakke omlijsting met neuten, oren en sluitsteen, onder kroonlijst met gebogen fronton bekroond door polygonale erker onder halve koepel (leien). Zijvleugels met langszijden van vijf traveeën en korte zijden van drie traveeën. Daklijsten op houten consoles. Beluikte rechthoekige vensters op lekdrempels. Beluikte rondboogvensters bij hoektravee. Oostgevels, alsook beluikte rondboogdeuren bij middenrisalieten. Zijvleugels met rechthoekige deuren.

Interieur: vestibule met eiken eretrap uit de 18de eeuw. Enkele salons met empireschouwen en een Lodewijk XV-schouw. Op gelijkvloers eenvoudige zolderingen, terwijl op de verdieping meerdere kamers de 18de-eeuwse zolderingen behielden. Deze laatsten werden circa 1880 voorzien van stucwerk. Kapel met barokke koepel uit de 17de eeuw, voorzien van beeldhouwwerk en loofwerk.

Aanhorigheid aan westzijde van het kasteel bestaande uit twee in elkaars verlengde gelegen rechthoekige bakstenen gebouwen, uit het vierde kwart van de 19de eeuw in neorenaissancestijl. Stallingen met westelijke en oostelijke lijstgevels van negen traveeën en één bouwlaag onder schilddak (leien), met verscheidene dakvensters in getrapte gevels. Drie middentraveeën bestaande uit doorgang van drie geriemde schouderbogen met sluitsteen op zuilen met vierkante sokkels en geprofileerde kapitelen. Gemarkeerde middentravee met trapgevel versierd met overhoekse pinakels, en wapenschild aan oostgevel. Beluikte kruiskozijnen, rechthoekige deur en poort met bovenlicht, in omlijsting van zandsteen met negblokken. In verlengde aan noordzijde, koetshuis (nok loodrecht op de straat) en conciërgewoning (nok parallel aan de straat). Lijst- en trapgevels van één bouwlaag onder schilddaken (leien), met dakvensters in getrapte gevels en dakkapellen. Plint en speklagen van natuursteen. Kruis- en bolkozijnen; rechthoekige deur en korfboogpoorten.

Ten noorden van het kasteel, tegen de omgrachting, rechthoekig ommuurd gebied waarin serres en oranjerie. Oorspronkelijk acht serres waarvan drie aanleunend tegen de omheiningsmuur. Deze broeikassen met bakstenen stoel waren gesloten met schuin geplaatste houten ramen. De overige vijf serres, waarvan er heden nog vier bestaan, dateren vermoedelijk van circa 1900: bakstenen stoel waarop hout- en glasconstructie in de vorm van een geknikt zadeldak. Sierlijke ijzeren steunen aan wanden, hoeken, nok en acroteria.

Oranjerie ten oosten, van zeven traveeën onder schilddak (Vlaamse pannen en glas), uit de tweede helft van de 19de eeuw. Baksteenbouw op arduinen plint; hoekpilasters. Penanten met pilasters, arduinen lijstkapitelen. Voornamelijk zuidgevel opengewerkt met in metaal gevatte glaspartijen.

Ten noordoosten van het kasteel en tegen de vijver, ijskelder vermoedelijk uit het vierde kwart van de 18de eeuw. Door bomen overschaduwde aarden heuvel met aan oostzijde gelijkgrondse, oorspronkelijk bepleisterde, bakstenen toegangsdeur met driezijdig fronton in classicistische stijl. Overwelfde bakstenen ruimte afgedekt met aarde, en ondergrondse bakstenen ijskelder.

  • DE GHEELINCK D'ELSEGHEM ridder J., Het kasteel van Hemiksem, in De woonstede door de eeuwen heen, juni 1973, nummer 18, p. 2-9.
  • Flandria Illustrata. Kastelen in Vlaanderen, deel II, onder leiding van Peleman B., Antwerpen, 1972, p. 86
  • JANSSEN J., Hemiksem, in Kastelen en buitenplaatsen, onder leiding van Genicot L., Brussel. 1977.
  • MORETUS PLANTIN DE BOUCHOUT R., Demeures familiales, Antwerpen, 1950, p. 210-221.

Bron: PLOMTEUX G., STEYAERT R. & WYLLEMAN L. 1985: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 10n1 (A-He), Brussel - Gent.
Auteurs: Wylleman, Linda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is gerelateerd aan
    Groenenhoek

  • Is gerelateerd aan
    Hoeve met losse bestanddelen

  • Is gerelateerd aan
    Hovenierswoning

  • Is deel van
    Assestraat


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kasteel Hemiksemhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/13107 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.