Beschermd monument

Elektriciteitscentrale Langerbrugge

Beschermd monument van tot heden

ID
7637
URI
https://id.erfgoed.net/aanduidingsobjecten/7637

Besluiten

Elektriciteitscentrale (Centrale Electriques des Flandres) Langerbrugge
definitieve beschermingsbesluiten: 23-08-2013  ID: 5209

Rechtsgevolgen

Meer informatie over de rechtsgevolgen van beschermingen vind je op onze website.

Beschrijving

Elektriciteitscentrale Langerbrugge is beschermd als monument.



Waarden

De elektriciteitscentrale Langerbrugge voorheen 'Centrales Electriques des Flandres', omvattende:

  • de schuilkelder uit 1939
  • de voormalige directeurswoning
  • het administratief gebouw
  • de transformatiepost groep 36 kV
  • de barenzaal uit 1913 met uitbreiding uit 1923
  • de machinehal uit 1913 met uitbreiding uit 1929, inclusief volgende installaties onroerend door bestemming,
    • Op de benedenverdieping:
      • hoofdcirculatiepomp debiet 390m3/u
      • beide compressoren
      • voedingspomp 60m3/u - druk 80 kg/cm3 at. D' Enseval
      • ejector
      • hoofdmotor
      • de extractiepomp debiet 130m3/u, druk 2,5 à 3bar, 990t/min
      • de oorspronkelijke installatie langs welke de eerste stoomlevering gebeurde aan de 'Papeteries de Belgique' (circa 1930)
      • condensoren van de vier turbines
    • Op de de bovenverdieping:
      • vier turbines 7-8-9 en 10 (Brown Boveri) en alternatoren
      • compound stoommachine (750 KV) (1912) 'V.D. Kerchove'
      • elektrische continu - gelijkstroommotor (circa 1930): voor aandrijving van het draaiend rooster van de ketelvuurhaard
      • luchtcompressor ('Crepelle') met aandrijving: motor 'ACEC'
      • voedingspomp ('Weir')
      • voedingspomp ('Atel. d'ENSIVAL')
      • aanloopweerstand trekventilator stoomketel
      • vermogenschakelaar
      • meet- en regeltoestellen aan het controlepaneel voor stoomketels
      • stoommachine werkhuizen 'V.D. Kerchove'
      • elektrisch aangedreven rolbrug met hangende cabine 'Ateliers de constructions de Charleroi' maximum 35 ton
      • liftinstallatie Thiery
  • het ketelhuis uit 1913 met uitbreiding uit 1925, exclusief de vier dubbele roosterketels Babcock-Wilcox nummer 10-11-12 en 13
  • het ketelhuis uit 1947, exclusief de vier Cockerill-ketels nummer 15, 16, 17 en 18 en randinstallaties
  • de machinezaal uit 1956 - 1959, inclusief een gedeelte van de 'Monoblok eenheid 19', meer bepaald:
    • stoomturbine ('Société Rateau' en de 'Ateliers de Construction la Meuse'),
    • generator ACEC (3.000 tr/min, spanning 15kV) direct gekoppeld aan een transformator van 15/150 kv
    • elektrisch aangedreven rolbrug met hangende cabine
    • controlepost 'S.A. Nouvelle Siemens'
  • schoorsteen
  • afsluiting en poorten in breuksteen en smeedijzer.

is beschermd als monument omwille van het algemeen belang gevormd door de:

historische waarde

in casu architectuurhistorische waarde: Het betreft hier een voorbeeld van een industriële architectuur waarbij de gebouwen ontworpen voor de Eerste Wereldoorlog en de gebouwen ontworpen in de jaren '50, een goed vergelijkend beeld geven van de evolutie die dit soort architectuur heeft ondergaan. Het gedeelte van 1913-1927 (bureelgebouwen, oude centrale) werd door architect E. Dhuicque ontworpen in een bewust gekozen decoratieve baksteenstijl. De gebouwen na de Tweede Wereldoorlog zijn opgetrokken in een monumentale functioneel zakelijke stijl. De grote ketelzaal uit 1949 is daarbij de enige in een dergelijke architecturale context bewaard voorbeeld van dergelijke afmetingen, tevens illustrerend tot welke schaalgrootte de productie van elektriciteit in de loop van de 20ste eeuw evolueerde. Het betreft hier een zeldzaam voorbeeld in de industriële architectuur en in een dergelijke context. Deze gebouwen werden uitgerust met de modernste en zeer vooruitstrevende technologie. Daarenboven is het een industriële site die in de eeuwenoude geschiedenis en het uitzicht van de Gentse kanaalzone vanaf 1913 een bepalende rol heeft gespeeld en nog speelt waarbij de als monument voorgestelde constructies tevens beeldbepalende elementen vormen (schoorsteen is de hoogste in Gent en zeer beeldbepalend als poort tot de haven van Gent).

industrieel-archeologische waarde

Het betreft hier een voorbeeld van een kanaalsite waarop reeds voor de Eerste Wereldoorlog een elektriciteitscentrale werd opgericht in combinatie met administratieve gebouwen en dienstgebouwen. De verschillende gebouwen tonen op illustratieve wijze de ontwikkeling van de elektriciteitsproductie in de loop van de 20ste eeuw, waarbij de verschillende chronologische fasen nog op het terrein afleesbaar zijn. De gebouwen bezitten hierbij een unieke collectie installaties, die deze technische evolutie in het productieproces van de elektriciteitsvoorziening illustreren. Daarenboven is deze elektriciteitscentrale nog het enige voorbeeld van deze industrietak bestaande uit verschillende onderdelen die elk hun bijdrage leveren tot de intrinsieke waarde en het begrijpen van de ontwikkelingen en schaalvergrotingen in de energiesector: dit zowel op architectonisch als op technologisch vlak. De elektriciteitscentrale van Langerbrugge was bovendien op technologisch vlak steeds vooruitstrevend en vernieuwend, zo was ze de Europese pionier wat betreft de thermische centrales, de installatie van een outdoor-ketel (de verdwenen Benson-ketel) en de installatie van een 125 MW-groep. Getuige hiervan is nog de Monoblok-groep van 125 MW Megawatt (het vroegste voorbeeld van een dergelijke Monobloc-eenheid met een dergelijke capaciteit in het Vlaamse gewest en zelfs op nationaal niveau).

historische waarde

in casu economisch-historische waarde: De elektriciteitscentrale Langerbrugge is een materiële getuige van de steeds belangrijkere rol die elektriciteitscentrales op het sociaaleconomische vlak vanaf circa 1910 in de maatschappij hebben gespeeld - in casu de rol die de onderhavige centrale in de regio vervulde. Ze getuigt van een bepaalde ondernemers- en ingenieursmentaliteit in de periode net vóór de Eerste Wereldoorlog waarbij op basis van een grootschalige aanpak reeds jaren werd vooruitgelopen op de pas naderhand onontbeerlijk wordende productie en alomtegenwoordige distributie van elektriciteit. De uitbreidingen na de Tweede Wereldoorlog, illustreren dan weer de evolutie, technologische ontwikkelingen en economische groei die de energiesector in de 20ste eeuw onderging.


Aanduiding van

Is de gedeeltelijke bescherming van

Elektriciteitscentrale Langerbrugge

Langerbruggekaai 3 (Gent)
De elektriciteitscentrale Langerbrugge werd reeds voor de Eerste Wereldoorlog opgericht naar ontwerp van architect Eugène Dhuicque. De site ontwikkelde zich in de loop van de 20ste eeuw. De nog aanwezige gebouwen en installaties illustreren de technische evolutie in het productieproces van de elektriciteitsvoorziening.


Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.